We trappen deze aflevering van de duurtest even met open ogen in de val. Want het is tijd om ons even te buigen over de perceptie van de CT200h, en dat is natuurlijk zo subjectief als maar zijn kan. En nochtans dringt het onderwerp zich op sinds onze Junior op de redactie de sleutels ervan in handen nam na een lange periode met de Dacia Sandero. Een wissel die op gemengde gevoelens werd onthaald. Vreugde over de aanwezigheid van Xenonlampen, een gemakkelijk instelbare GPS en een iPod-ingang bijvoorbeeld. En wat treurigheid omwille van het comfort. Het contrast tussen de beenhard opgehangen Lexus en de erg meegaande Roemeen is natuurlijk groot. Maar ook de reacties van buitenaf zijn duidelijk erg tweeledig. De vriendenkring vindt dat je er ronduit op vooruit gaat en als we verhalen die rond de koffiemachine circuleren mogen geloven, is het ook een stuk makkelijker om het andere geslacht tot complimenten te bewegen.
Er is evenwel ook een keerzijde. De Dacia is duidelijk bescheiden, maar de combinatie van een auto die zichzelf opwerpt als een concurrent in het premium-segment en het jeugdige uiterlijk van onze medewerker is dat duidelijk niet. Op zes maanden tijd is de Dacia geen enkele keer blijven steken in het vangnet van vadertje staat. Hij is met dezelfde bestuurder twee keer in een controle verzeild geraakt, maar werd duidelijk als onvoldoende interessant gecatalogeerd. De Lexus, dat is helemaal wat anders. Redactiemedewerkers met wat meer jaren op hun eigen teller hebben er geen last van, maar onze Benjamin staat er op drie weken tijd ook drie keer mee aan de kant. Zonder overtreding weliswaar, want over terechte supplementen op de rijtaks wordt hier niet moeilijk gedaan. Op sympathie moet je niet rekenen, op schuine opmerkingen, misplaatst machtsvertoon (waar soms zelfs een wielklem aan te pas komt) en een hoop geënsceneerd tijdverlies echter wel. Niet meteen een aankoopcriterium, maar iets om in het achterhoofd te houden. En je kan het natuurlijk ook als een compliment bekijken. Perceptie, we zegden het al.