De tijd dat een Volvo er geheid uitzag als een gepantserde kindertekening hebben we inmiddels al enige tijd achter de rug. De nieuwe Volvo V40 heeft zelfs een sportieve lijn, met inbegrip van de naar achter oplopende schouderlijn die zo typisch is voor een hedendaagse hatchback. Bij onze langeduurtest wordt die door een koetswerkkit nog extra in de verf gezet. En de witte lakkleur in combinatie met de rode accenten, werkt zich met plezier op de voorgrond. Niet zoals het exemplaar in klassiek blauw dat we enkele dagen geleden op de Rijksweg in Maasmechelen kruisten. Die is meer geknipt voor een rol in het achtergrondkoor.
Agressiviteit is dan weer iets dat de V40 ondanks alle uiterlijke opsmuk niet etaleert. Hij heeft niet de allesvernietigende pose van een pletwalsende rugbyspeler - zoals dat tegenwoordig bij veel merken wel het geval is - maar de verfijnde sportieve elegantie van een tennisspeler à la Fred Perry.
Lopen we verder over de uiterlijke kenmerken van het testexemplaar dan merken we onder meer het grote glazen dakraam op, dat spijtig genoeg niet open kan, maar op een sombere dag wel licht in het interieur brengt. Achteraan is het glasoppervlak gevoelig kleiner dan vooraan. Zowel de oppervlakte van de zijruiten als het achterste exemplaar is eerder beperkt. Dat geeft je een indicatie van de beoordeling voor de zichtbaarheid rondom, al kunnen we nu al zeggen dat de optionele achteruitrijcamera zich zal opwerpen als plaaster op de wonde. In de laatste centimeters vinden we tenslotte nog een uit de kluiten gewassen dakvleugel met vier vinnen en twee brede, platte uitlaten. Volstrekt overbodig natuurlijk met de D2 instapdiesel, maar dat weet wellicht niet iedereen die achter je rijdt. Je eigen oordeel kan je natuurlijk vellen in onze fotospecial.