Er is een tijd geweest dat BMW, de uitvinder van dit bloedstollend snelle segment, het rijk voor zich alleen had. Tegenwoordig wordt het de ongenaakbaar geachte BMW M3 echter almaar heter onder de voeten. De sportwagens in handzame verpakking zijn immers een segment waarin ook BMW's concurrenten de afgelopen tijd vastgebeten hebben. En het leek wel alsof BMW dat niet verwacht had. De vorige generatie had een zes-in-lijn onder de kap. Een briljante krachtbron, dat wel, maar hij had z'n tijd gehad. Mercedes' AMG en Audi's RS-versies kregen een achtcilinder onder de kap. En die staken de BMW qua vermogen naar de kroon. Nu heeft de nieuwe M3, die u behalve in deze Coupé-uitvoering ook op de markt mag verwachten als vierdeurs berline en cabrio met metalen klapdak, ook een achtpitter. Goed voor 420pk, het vermogen dat de uittredende Audi RS4 reeds langer had. En dat door de nieuwe C63 AMG overklast wordt. En Lexus gaat zich met de aanstormende IS-F ook moeien in het selecte clubje, eveneens met ongeveer 400 paarden. Het zou natuurlijk dom zijn van je enkel op vermogen blind te staren. We namen daarom de tijd om de M3 in de vingers te krijgen.
Het budget speelt alvast in BMW's voordeel. De M3 is er immers vanaf € 69.550 terwijl de Audi RS4, toegegeven met vier deuren en vierwielaandrijving, minstens € 75.550 moet kosten. De aanstormende RS5 is die beter vergelijkbaar is qua concept met deze coupé, zou wel eens scherp uit de hoek kunnen komen. De C63 wordt ongetwijfeld duurder en hetzelfde geldt voor de CLC AMG, wanneer die op de markt zal zijn. Rest alleen nog de Lexus IS-F, waarvan de prijs vooralsnog onderwerp van speculatie is. Dat je uit je doppen moet kijken als je door de optielijst bladert, geldt ook nog steeds voor de M3. Vandaar dat onze testwagen al aftikt op € 83.730.