Het Japanse Mitsubishi zit al een decennium in de hoek waar op de Europese markt de klappen vallen. Van de 300.000 stuks die het merk in z'n glorieperiode jaarlijks op de Europese markt afzette, kan het bedrijf nu alleen nog maar dromen. Sterker nog, als de verkoopsprognoses voor de toekomst de revue passeren, dan geeft het bedrijf aan tevreden te zijn als het elk jaar 200.000 tot een kwart miljoen nieuwe wagens op Europese wegen kwijt kan. In de marge dient dan nog aangestipt te worden dat ons continent er de afgelopen jaren door de ontsluiting van het Oostblok alleen maar groter op is geworden. Volume is niet alles, klinkt het bij Mitsubishi. Destijds verdiende het merk geen frank aan de talrijke modellen die het in Europa dumpte, en dat moet anders. Het middel bij uitstek is het nieuwe globale platform dat door Mitsubishi samen met Chrysler werd ontwikkeld. Dat doet nu reeds dienst voor de Outlander, deze Lancer en de Delica D5 (een crossover-busje voor de Japanse markt) en zal bij Mitsubishi alleen de komende vijf jaar voor nog eens 20 modellen gebruikt worden. Bij Chrysler vinden we de voorophanging, motoren en elektronica terug in de Sebring, de Dodge Avenger en Nitro en Jeep Compass. Bij andere groepen is het ontwikkelen van meerdere modellen op één platform overigens al jaren ingeburgerd, maar bij Mitsubishi werd daar nogal onhandig mee omgesprongen. Ter illustratie: de Europese en Japanse Colt lijken als twee druppels water op elkaar, maar hebben niets gemeen. De koetswerkpanelen zijn zelfs niet uitwisselbaar...

Met de nieuwe Pajero, de gedurfde L200 pickup en de Outlander is Mitsubishi aan een heus offensief bezig. En vooral die laatste, een echt volumeproduct, wordt niet alleen gesmaakt, maar draagt bij tot de marge van de producent. De Lancer moet hetzelfde doen. Mitsubishi wil niet meer horen van stilistische miskleunen -ook al waren ze uitgesproken betrouwbaar- als de Carisma en de laatste Lancer-generatie. Het grijpt terug naar het originele DNA, waarbij sportiviteit ingebakken was. Begin jaren zeventig waren de Lancers overigens ook nog achterwielaangedreven. Nu claimt elke constructeur bij de lancering van een nieuw model dezer dagen dat sportiviteit centraal staat, maar bij Mitsubishi lijkt dat geen dode letter te zullen blijven. In tegenstelling tot vroeger delen de reguliere en legendarische EVO-versies immers hun architectuur en alsof dat nog niet genoeg is, kondigt Mitsubishi nu een nog bereikbaarder tweede turboversie aan onder de naam "Ralliart". De eerste wordt 295pk sterk en de tweede levert in een minder uitgesproken agressief kleedje 240pk. Mitsubishi wil niet alleen aanknopen met z'n verleden, als het kan wil het zich eveneens "anders" in de markt zetten. Spelen op emotie, eerder dan op verstand, zoals in het verleden. Wat originaliteit is natuurlijk nooit weg. Je kan het volgens de autobouwer vinden in het lijnenspel van het model. Dat is gebaseerd op een haai. Leuk, al zien we er ook wat van de Volvo S40 en Alfa 159 in. Niet toevallig twee modellen die de constructeur als concurrent aanziet.

Het motorenpalet van de vierdeurs is breed, vooral voor de in ons land zeldzame benzinerijder. Behalve de hierboven aangekondigde turboversies, bestaat het uit een 1.5 met 109pk (uit de Colt) en een 1.8 die goed is voor 143pk. Beiden worden standaard aan een vijfbak gekoppeld, maar er is ook een automaat leverbaar. In het eerste geval een conventionele viertraps schakeldoos en in het tweede geval een CVT met zes geprogrammeerde versnellingen. Tijdens onze eerste kennismaking concentreerden we ons vooral op de diesel. Dat is, net als bij de andere modellen op het Global-platform, een 2.0 TDI met 140pk. Afkomstig van VW, met pompinjectoren, en daarom net zo'n grote carnivoor als in alle andere wagens waarin hij te vinden is. Brutaal en ongemanierd, al dient gezegd dat wat puike geluidsisolatie er de ergste kantjes af vijlt. Toch zal Mitsubishi's eigen ontwikkelde 1.8l, die in 2009 in de neus van de Lancer gekeild worden, beter klinken, soepeler zijn en minder decibels produceren. Dat staat als een paal boven water. Dat het model toch rijplezier verschaft, heeft meer te maken met de prettig gespreide handgeroerde zesbak (een automaat is niet voorzien), een meer dan acceptabel stuurgevoel en de ophanging die op Europese leest werd geschoeid. Behalve een puike sprinttijd van 9,6 tellen, een eerbiedwaardige top van 207km en nog betere tussensprintjes, zijn we vooral onder de indruk van het neutrale weggedrag van de Japanner, dat slechts zeer laat overgaat in progressief onderstuur. En de ingenieurs zijn in hun drang naar efficiënte ditmaal ook niet te ver gegaan. Dat betekent dat een slechte ondergrond niet meteen nervositeit veroorzaakt. De enige bedenking die we daar maken is dat -en we vallen in herhaling- haast elke concurrent deze richting kiest, dus echt het verschil maken doet Mitsubishi niet, wat uiteraard weinig verandert aan de degelijke uitwerking ervan.

In het interieur wordt de drang naar sportiviteit niet te ver doorgedreven. Er zijn wel aluminiumkleurige accenten, maar er is weinig dat voor afleiding kan zorgen. De materialen zijn degelijk en de assemblage onberispelijk, dat wel. Met z'n lengte van 4,6m valt de nieuwe Lancer eigenlijk tussen het C- en D-segment in en z'n interieur is daar een goede afspiegeling van. Zo kan je probleemloos volwassenen op de achterbank schikken, maar die zullen niet onder de indruk zijn van de been- en knieruimte. De koffer slikt 400l, maar de kofferklep mist dan weer een handgreep.

Het gamma zal niet beperkt blijven tot deze vierdeurs en de hierboven aangekondigde turboversies. Volgend jaar komt er een vijfdeursversie bij. Die zal in ons land het gros van de verkopen uitmaken. In Genève (in maart van volgend jaar) krijgen we die voor het eerst te zien en in september gaat het model in première op het Parijse autosalon. Mitsubishi verwacht volgend jaar reeds 800 Lancer in België af te zetten. Het jaar erop moeten dat er dankzij de vijfdeurs 2000 zijn. De 1.5 is er vanaf € 17.990 terwijl de goedkoopste diesel € 20.490 moet opleveren. Er zijn vier afwerkingsniveaus; Inform, Invite, Intense en Instyle. Daarbij moet u de Instense als de sportieveling beschouwen en de Instyle als de luxueuze variant. Op het Autosalon van Brussel wordt het model met de nodige tamtam gelanceerd, maar u kan de nieuwe Lancer nu eigenlijk al gewoon bij de dealer vinden.