De Sonata is inmiddels aan z’n vijfde generatie toe. Het model wordt deze maand op de Belgische markt gelanceerd en we hebben hem intussen kunnen testrijden. De verkoopsambities zijn ondanks een degelijker Europese aanpak eerder bescheiden. De Belgische importeur hoopt er dit jaar een 200-tal van aan de man te brengen. De oorzaak daarvoor ligt in het aanbod; de Sonata is er voorlopig in slechts drie versies; een 2.4l benzine met 162pk en 219Nm die beschikbaar met een handbediende vijfbak of een versie met een viertrapsautomaat. De top van het gamma wordt uitgemaakt door een 3.3l zescilindermotor die 233pk en 304Nm via een nieuwe vijftrapsautomaat naar de aangedreven voorwielen versluisd. Volgend jaar mikt Hyundai al op een verdrievoudiging van het verkoopsaantal want dan komt een 2.0l benzinemotor met 143pk en 186Nm en Ővooral- een 2.0 CRDi common-rail dieselmotor met 135pk en 304Nm het gamma vervoegen.

De nieuwste Sonata meet exact 4,80m in de lengte, is 1,83m breed en 1,47m hoog. Dat is 1,2cm breder en 5,5cm langer en hoger dan het huidige model. De wielbasis zelf neemt 3cm toe tot 2,73m. De toegenomen hoogte werd in het interieur gedeeltelijk aan een wat hogere zithouding gewijd, maar de hoofdruimte neemt niettemin zowel voor- als achteraan nog toe. De beenruimte is vooraan een centimetertje ruimer dan voorheen, maar achteraan bedraagt de toename 3cm, en dat is merkbaar. De kofferinhoud gaat er fors op vooruit; die bedroeg immers 430l, maar voortaan kan je in de Sonata 523l (+93l) laden. Het merk mikt vooral op uitrusting, ruimte en kwaliteit. De lijst met standaarduitrusting, met onder meer leder, klimaatregeling, een schuif- en kanteldak, parkeersensoren een elektrisch bediende bestuurderszetel, 17-duims lichtmetalen velgenij is zonder meer riant en het interieur oogt stijlvol, degelijk en dankzij het standaard tweekleurige dashboard ook gesofisticeerd.

Het instrumentenbord zelf oogt sober, zelfs eerder saai, en verraadt dat de Sonata met het oog op de Koreaanse en Amerikaanse markt werd ontworpen. Een consequentie van dat laatste is ook de afwezigheid van een geïntegreerde radio. Dat komt bepaald niet goed over en is in deze klasse nauwelijks acceptabel. De Belgische invoerder monteert echter wel een kit met een groot GPS-scherm en een geïntegreerde Bluetooth-telefoon (standaard!) die zich beter in het dashboard laat integreren.

De testrit over de Duitse snelwegen leert ons in de eerste plaats dat de inspanningen die het merk verricht om de kwaliteit naar een nog hoger niveau te tillen, vruchten afwerpen. In het interieur viel immers geen enkel parasitair geluid te bemerken en we dienen te zeggen dat rol- en motorgeluiden uitzonderlijk goed van de binnenruimte afgeschermd worden. Het zitmeubilair kunnen we als ruim en comfortabel omschrijven. Er mocht wat meer zijdelingse steun zijn, maar de keuze is logisch voor wat de Koreanen in Europa als een ideale reisberline willen slijten.

Het koetswerk is merkbaar Europeser van inslag dan dat van z’n voorganger. Dat is een meevaller voor de importeur, maar het heeft meer te maken met het feit dat de Amerikanen de laatste jaren vallen voor Europees gelijnde wagens, dan met een strategische visie voor de Sonata op het Oude Continent. De ophanging werd wel specifiek op de Europese smaak afgestemd. Die is dus droger en strakker dan die van de Amerikaanse en Koreaanse evenknie. Nog steeds comfortabel op de snelweg, maar strakker en stugger in de bochten of op slecht wegdek. Het stuurwiel had wat meer feedback mogen geven, maar we houden daar graag nog een slag om de arm. Het parcours werd immers afgelegd op winterbanden en gedeeltelijk op sneeuw en ijs, wat het moeilijk maakt een precies oordeel te vellen.

We reden het model met de 2.4l benzinemotor in zowel de handgeschakelde als de automatische versie. Het motorblok is beschaafd zonder loom te zijn, en laat zich best met de handbak koppelen. Dan presteert het model gevoelig beter (topsnelheid van 212km/u en een spurt naar 100km/u in 8,8sec). De viertrapsautomaat laat vooral bij hogere snelheden merken dat hij een verhouding te weinig heeft. De bak schakelt bij tussenspurtjes of inhaalmanoeuvres terug naar derde, maar komt dan nog niet bepaald overtuigend uit de hoek.

Waar Hyundai potten breekt, is met de prijszetting. De 3.3 V6 is leverbaar vanaf € 31.499, de 2.4 Automaat kost € 28.999 en de 2.4 met handbak kost € 27.499. Dat is gemiddeld € 2.500 goedkoper dan een Japanner met een vergelijkbare uitrusting en grootte en zelfs € 5.000 minder dan een gelijkwaardig uitgeruste auto van een Europese producent.