SCORE nieuwe Volkswagen Eos
Meer Volkswagen testsMeer?
Volkswagen Tiguan
Volkswagen Tiguan
Volkswagen Polo vijfdeurs 1.4 TDI Comfortline
Volkswagen Polo vijfdeurs 1.4 TDI Comfortline
Het eerste wat opvalt, is dat de VW EOS niet gehinderd wordt door een onesthetische achtersteven. Er is geen verbreding nodig om het dak te kunnen wegbergen, iets wat de ingenieurs verklaren via de brede wieltreinen die bij de Passat werden gehaald. Omdat VW met zijn EOS aan de late kant uitpakt – Peugeot, Renault, Opel en Volvo gingen voor in deze categorie; enkel Ford komt nog later met zijn Focus Vignale – was een extra troef niet onbelangrijk. Daarin slaagde men dankzij Webasto, dat een drie-in-één dak hielp ontwikkelen: cabrio vouwdak, kantel-/schuifdak en panoramisch glazen dak. De Volkswagen EOS is er vanaf 26.490 euro en dat is een flinke hap bovenop de 22.100 voor een Astra TwinTop of de 24.350 voor de Peugeot 307 cc, maar is ook een koopje tegenover de 34.000 voor een Volvo C70 die ook nog met fiscaal ongunstige motoren aantreedt.
De dakconstructie van de EOS is een absoluut meesterwerk. Het is het resultaat van een door VW opgezette competitie tussen verschillende specialisten. Webasto won en heeft nu een eigen fabriek voor de dakconstructie naast de montageband waar de EOS geassembleerd wordt. Dat is in Portugal, in de fabriek die VW vroeger met Ford deelde voor het bouwen van de Sharan en Galaxy. Het 5-delige dak bestaat in totaal uit 486 onderdelen. Behalve de unieke dakconstructie, is de uitvoering van de koffer onze aandacht waard. De aankleding ervan kreeg in de loop van de ontwikkeling alsmaar meer aandacht, zodat een uitermate verzorgd ogend eindresultaat werd bereikt. Centraal bevindt zich een hardschalige afdekkap, die precies aangeeft tot waar mag geladen worden om het dak nog te kunnen openen. Met deze fysische begrenzing van de laadruimte dicht, rest er nog een doorgeefluik met 20 cm hoogte. Het volume onder de afdekkap bedraagt 205 l. Zoals steeds bij dit soort wagens is men best gediend met een op maat kofferset en die is er ook binnen het Votex-accessoireprogamma. Met de begrenzing geopend en het dak gesloten, staan in het centrale gedeelte 380 liter laadruimte paraat. In de praktijk kunnen het er nog wat meer zijn, omdat men de vlakken naast de eigenlijke ‘bagagekuil’ ook nog kan benutten. Het is zelfs mogelijk om de hardschalige afdekkap te demonteren – vb. tijdens de wintermaanden – zodat alweer enkele liters gewonnen worden.
De kofferklep is grotendeels uit kunststof, naar verluid omdat de gewenste vormgeving nauwelijks haalbaar was met staal. Dat is beslist niet de enige uitleg. De kofferklep bevat ook alle antennes, zodat geen enkele onesthetische spriet of ‘muis’ zichtbaar is op het koetswerk. Eveneens onzichtbaar zijn de sensoren die de omgeving (50 cm) aftasten op voorwerpen die de beweging van het dakmechanisme zouden kunnen hinderen bij het openen en sluiten. De uiteraard elektrische bediening van het dak is symbolisch uitgevoerd: een U-vormige aluminium beugel bedient het cabriodak; de daarin centraal opgenomen zwarte wipschakelaar staat voor het kantel-/schuifdak. Bij geopend schuifdak kan men ook nog een windafwijzer laten uitspringen, wat het windgeruis aanzienlijk dempt.
Onder de motorkap van de EOS vinden we niets nieuws. Bij de lancering verschijnt hij met de bekende 2.0 FSI (150 pk) en 2.0 TFSI (200 pk). Na de zomer wordt de overbekende 2.0 TDI (140 pk; partikelfilter) leverbaar en ook de 3.2 V6 (250 pk) staat paraat. Nog wat later wordt de 1.6 FSI (115 pk) aangeboden als instapversie. De 3.2 V6 wordt standaard gevolgd door de DSG-schakelmechaniek; alle andere motoren maken gebruik van een manuele bak met 6 verhoudingen. We vinden het jammer dat de 2.0 TDI niet met DSG schakelmechaniek in de prijslijst is terug te vinden, evenals dat het stil blijft rond de 170 pk versie met piëzo-injectoren van diezelfde 2.0 TDI. De mooiste eigenschap van de VW EOS is dat hij ongeacht de gekozen positie van het dak, geen krimp geeft. Geen torsiegeluiden, geen piepen of andere mechanische stoorgeluiden... De voorruit loopt in tegenstelling tot zijn concurrenten niet ongewoon ver boven de voorste inzittenden, wat resulteert in meer cabriogevoel. We hebben hier zelfs het windnet niet langer als een noodzakelijke optie ervaren. Overigens is de EOS als cabrio ‘stijf’ en dat komt het rijplezier heel erg ten goede. We mochten hem over Griekse wegen jagen en die zijn zo mogelijk nog slechter dan wat we tegenwoordig in eigen land voor de wielen krijgen. De EOS had er geen problemen mee. Stuur en wegligging zijn van aard om echt rijplezier te halen met de EOS. Het is beslist geen cabrio die enkel maar wil ‘wandelen’. We reden de 2.0 TFSI en de 2.0 TDI. De 2.0 TDI heeft absoluut geen moeite met de 1548 kg leeggewicht maar de 2.0 TFSI laat goed voelen dat er nog een andere wereld bestaat. Een aanrader voor wie er stevig tegenaan wil gaan.
Volkswagen heeft met de EOS een erg aantrekkelijke vertegenwoordiging in de coupé/cabrio klasse. De standaarduitrusting is, met enig voorbehoud voor de 1.6 instapversie, zeker niet krenterig – o.a. 16” aluvelgen, ESP, stuur met hoogte en diepte regeling, elektronische parkeerhulp achteraan, elektronische airco, cruise control, boordcomputer, elektrische ruiten met impulsbediening – wat niet belet dat de optielijst heel volumineus is uitgevallen. Men kan de EOS ook superluxueus uitrusten en dan zijn 10.000 euro’s opties snel aangevinkt op de bestelbon. Een EOS 2.0 TDI kost 30.450 euro en dat is bijna 5.000 euro meer dan een Passat met zelfde motor in Trendline-uitvoering. Maar je mag geen appelen met peren vergelijken en wie zichzelf een pleziertje gunt, moet daar ook de prijs voor betalen.