Precies een kwarteeuw geleden zorgde Mercedes-Benz voor opschudding toen het de ‘190' (W201) lanceerde, een naar de normen van het merk ‘kleine' sedan, die dan ook spontaan de bijnaam ‘baby-Benz' kreeg. Heel wat merkadepten waren niet bepaald opgezet met deze verruiming van het gamma met de ster, maar de markt reageerde positief en de ‘190' bleef tot 1993 - volle 11 jaar! - in de catalogus. Daarna volgde de naamsverandering in ‘C-Klasse' (W202). De tweede generatie bleef tot 2000 in productie en kende enkele hoogtepunten als de introductie van de eerste dieselmotor met 4 kleppen per cilinder, gevolgd door de eerste turbodiesel met 4 kleppen per cilinder en uiteindelijk de eerste direct ingespoten dieselmotor met Common Rail technologie (1997). In 2000 volgde de derde generatie (W203) die na 7 jaar het totale productieaantal sinds 1982 tot boven de 6 miljoen stuks helpt. Vanaf 1 april - neen, dit is ernstig te nemen! - staat de vierde generatie van de C-Klasse (W204) bij de merkconcessies.

De nieuwkomer toont opmerkelijk veel gelijkenissen met het vlaggenschip uit het gamma, de S-Klasse. Dat geldt overigens niet alleen voor zijn design, maar evenzeer voor de comfort- en veiligheidsuitrusting, die al dan niet standaard gemonteerd wordt. De meest opmerkelijke vernieuwing zit echter in het feit dat Mercedes-Benz de nieuwste C-Klasse met twee gezichten in de showroom rijdt. Net als voorheen zijn er drie uitrustingsvarianten - de Classic, Elegance en Avantgarde - die elk voor een bepaalde sfeer van aankleding staan. In de strijd om de klant, en in het bijzonder in de machtsstrijd tussen het Duitse trio aan de top - Audi, BMW en Mercedes- heeft Mercedes-Benz gekozen voor een meer agressieve look bij de Avantgarde, dit om een meer sportief en dynamisch imago uit te dragen. Bij de Avantgarde zit de ster in groot formaat centraal in het radiatorrooster, zoals we dat ook bij de sportieve modellen SLK, CL, SL en de AMG's zien. Hij staat op specifieke 17" aluvelgen met 225/45 banden. De Elegance rolt op 16" aluvelgen met 205/55 rubbers door het leven en draagt de ster naar goede traditie van het merk trots bovenop het radiatorrooster. Hij verleidt met meer chroom en een ‘chic' voorkomen. Het interieur trekt de verschillen verder door, met een contrasterende aankleding met donkere kleuren en aluminium sierelementen voor de Avantgarde. Het aluminium, dat o.a. ook rond de wijzerplaten zit, is van uitstekende kwaliteit. Wie de Elegance-uitvoering aankruist, krijgt een interieur met zachte ‘ton sur ton' aankleding en sierelementen in Eucalyptus. De ‘Classic' lijkt bij de introductie wat op de achtergrond te verdwijnen en was evenmin te bespeuren op onze afspraak voor een eerste kennismaking.

Alle motoren worden krachtiger en tevens zuiniger. Dat het koetswerk uitstekende aerodynamische eigenschappen heeft - Cx = 0,27 - en ondanks grotere afmetingen ook nog 8 kg lichter werd, zal zeker helpen om de besparing van gemiddeld 6% op het verbruik waar te maken. Mercedes-Benz maakt het ons wel niet gemakkelijk om het overzicht te bewaren en bij de commerciële lancering zal niet elke klant zijn gading kunnen vinden, want er is slechts één diesel leverbaar: de C 220 CDI turbodiesel. Deze levert nu 170 pk en 400 Nm, waarvoor hij gemiddeld 6,1 l/100 km als tegenprestatie verlangt. In België kan hij ook 7 pk afgeknepen worden om vadertje staat een hakje te zetten! Verder zijn er drie benzinemotoren: de C 200 K (184 pk / 250 Nm), de C 280 V6 (231 pk / 300 Nm) en de C 350 V6 (272 pk / 350 Nm). In juni volgt dan de C 320 CDI (224 pk / 510 Nm), terwijl in augustus de 4-MATIC uitvoeringen aantreden. Voor de instapmotoren is het echter wachten tot de herfst. Op benzinevlak is dat de C 180 K (156 pk / 230 Nm); dieselrijders mogen zich verheugen over de C 200 CDI (136 pk / 270 Nm). Begin 2008 wordt ons ook de V8 AMG beloofd.

Veiligheid, comfort en rijplezier, waren de sleutelwoorden voor de ontwikkeling van de nieuwe C-Klasse. Hij treedt aan met een 52/48 gewichtsverdeling, liefst 76 mm meer spoorbreedte, 30% meer stijfheid en een nieuwe achteras. Jammer dat hij zijn gevoelsmatig te grote stuurwielvelg behoudt. Gelukkig is het stuurgevoel zeer aangenaam en dat onder alle rijomstandigheden. Een communicatief direct gevoel en een praktisch georiënteerd aantal stuuromwentelingen dragen bij tot het sportieve rijplezier dat deze C-Klasse te bieden heeft. Hij houdt duidelijk van bochten en weet ze aaneen flink hoog tempo door te jagen. Bovendien blijkt het ESP zeer goed afgesteld, zodat het rijplezier niet in het gedrang komt door brutaal ingrijpen. Een zeer goede grip en tractiecontrole maken de C 350 tot een echte rijmachine, zelfs met de automatische schakelmechaniek. De C 350 rijdt bijzonder soepel en soeverein, maar anders dan men zou durven verwachten voelt hij niet ‘overpowered' aan! Bij de C 320 CDI die we stuurden, kwam het ESP vaker tussenbeide wanneer we er de zweep oplegden, wat zeker toe te schrijven is aan het machtige koppel van de dieselkrachtbron. Deze laat zich dan weer totaal schakelluit rijden, daar waar we met de C 350 graag naar de schakelpook van de automaat grepen, om hem manueel te bedienen. De zetels bieden prima steun en in combinatie met de hoogte/diepteregeling op de stuurkolom kan iedereen de juiste stuurpositie vinden. Met de optie ‘panoramisch dak' valt de hoofdruimte al vlug wat krap uit. De nieuwe C-Klasse is een echte rijmachine, die gul is met rijplezier en dat juichen we heel graag toe, ook al kost het een ijzeren zelfdiscipline om er eentje buiten te rijden voor minder dan 40.000 euro!