Het doorgaans sobere, brave maar stijlvolle Audi-interieur heeft bij de testwagen een extra stijlvolle toets gekregen door de optionele houtinleg. Standaard zit daar een blinkend zwart gelakte band, maar ook aluminiuminleg staat in de optielijst. De in deze versie gemonteerde sportzetels zijn een pak harder dan wat Audi in de instapversies monteert. Mede dankzij de in hoogte en diepte elektrisch verstelbare lendensteun heb je daar alleen maar voordeel van. De sterk uitgewerkte zijvlakken houden je bovendien in alle omstandigheden perfect op je plaats en dat mag wel bij de Quattro. De leder-alcantara bekleding geeft het interieur wat meer klasse, zonder de gladheid van een volledig lederen zetel. Het kost 2050,94 €. De rijhouding is dankzij de hoogteverstelling van de zetel en de tweevoudige (hoogte en diepte) verstelling van het stuurwiel perfect. Op de achterbank is evenveel ruimte als bij de berline en daar kan je bij het nieuwe model drie inzittenden op de achterbank schikken.
Het Quattro-aandrijfsysteem heeft natuurlijk een aandrijflijn die onder het passagierscompartiment naar de achterwielen doorloopt. In tegenstelling tot wat bij een echte 4x4 vaak het geval is, hoor je die extra mechaniek in het interieur nooit werken. Ook de rol- en rijgeluiden zijn uitstekend gedempt. De diesel zelf is knorrig, maar enkel tot op een goede bedrijfstemperatuur. De geavanceerde aandrijving heeft geen invloed op het koffervolume. Dat is nog steeds 442l, 3 liter minder dan bij de berline. De 1/3 2/3 neerklapbare achterbank zit bij de break gelukkig wel in het standaardpakket waardoor het laadvermogen uitgebreid kan worden tot 1184l.