In de styling van de buitenzijde kunnen we spreken over een stijlbreuk. De Stilo is immers merkbaar minder frivool getekend dan z’n voorgangers. Met name bij de vijfdeurs valt dat sterk op. De driedeurs, overigens 4,18m lang, 1,78m breed en 1,47m hoog, blijft dankzij een opmerkelijk vormgegeven bolle achterpartij opvallen. De grote complexe lichtunits achteraan zijn bepalend voor de vormgeving en uitgevoerd met helder afdekglas. De lichten zijn noch volledig rood, noch volledig wit. Beide kleuren wisselen af. Vooraan lijkt de vormgeving wat meer op de duidelijk Germaans gestileerde vijfdeurs, maar de sterk uitgewerkt plooilijnen in de motorkap en de lichtunits zijn specifiek. Origineel is dat de lichtunits vooraan elk niet voorzien zijn van 1, maar 2 standlichtjes. Die zitten in de lichtblok behoorlijk ver uit elkaar onder een apart lichtblauw afdekglas. Daardoor krijgt de verlichting niet alleen een lichtblauwe schijn, maar het maakt dat de Stilo zich op dat vlak ook duidelijk herkenbaar.
De afwerking is lange tijd een teer punt geweest van Fiat, maar de grote inspanningen van de constructeur op dit gebied worden beloond. We willen de koetswerknaden niet de fijnste in z’n klasse noemen, maar de Stilo kan zonder problemen mee met de goede middelmaat. Het exterieur van onze test-Stilo vertoonde bovendien niet de minste onregelmatigheid.