We rijden met de meest populaire benzineversie, de 1.6 die binnen het benzinegamma z’n plaats inneemt tussen de 1.4l van de instapper en de 2.0l van het topmodel. Dat is een niet meer okselfrisse viercilinder met een inhoud van 1598cc en een vermogen van 113pk. Het koppel bedraagt 150Nm en komt vrij bij 4.200t/min. Daarmee kan je met de 1250kg wegende Mégane II berline naar 100km/u in 10,9sec en bedraagt de topsnelheid 192km/u. Geen beschamende cijfers, maar ook geen uitblinkersij In de praktijk is de 1.6 bij uitstek geschikt voor een gezapige rijstijl. Gewoon rustig met de verkeersstroom mee ligt de motor het beste. Je kan ook vlot of op het kantje van het sportieve af gaan rijden, maar dan moet je de motor hoog in de toeren jagen; vanaf 4.000t/min en liefst tussen 4.500t/min en de begrenzer. Als vanzelfsprekend heb je dan een hoog geluidsniveau en krijgt de wagen een meer dan gezonde dorst. Bij een normale rijstijl heeft de constructeur het over een gemiddeld verbruik van 6,9l/100km. De verbruiksuitersten tijdens onze test variëren van 7,5l/100km tot 11,6l/100km. Bij een gezinswagen in deze compacte klasse mag je er van uit gaan dat het gebruiksgemak en het comfort primeren boven de prestaties, en daarin worden we niet teleurgesteld. Zodra de toerenteller 1.500 aanduidt gaat het zonder morren vooruit, als de motor op temperatuur is tenminste. De loop van de motor was bij een koudstart in de ergste winterkoude tot nog toe immers ietwat onregelmatig. De dosering van de koppeling is kinderspel en het pookje schakelt even prettig als het in de hand ligt. Qua gevoel houdt het mooi het midden tussen wat als te rubberachtig zou worden ervaren of wat te mechanisch zou zijn. Je voelt steeds perfect wanneer je in versnelling zit en geleiding is uitstekend.
De Mégane staat op een nieuw platform dat samen met partner Nissan werd ontwikkeld en ook zal dienen als basis voor de opvolger van de huidige Nissan Almera. Een lange wielbasis (2,62m) en een grote spoorbreedte (ongeveer 1,50m) zijn daarvoor kenmerkend. Het zijn eigenschappen die zorgen voor een grotere stabiliteit en beter veercomfort. Ook de ophanging is nieuw, met McPhersons op een geïsoleerd subframe vooraan en een torsieas met geprogrammeerde vervorming achteraan. Dat systeem zorgt voor een uitstekende demping en een comfortabele rit. Gretig gebruik makend van de beschikbare veerweg worden oneffenheden afgevlakt, doch niet volledig. Je voelt dus nog steeds wat de wagen onder je doet en dat is belangrijk. De comfortabele afstelling resulteert niet in een neiging tot deinen en schommelen en ook in de bochten blijven de rolbewegingen van de koets ver binnen de limiet van het aanvaardbare. Een relatief grote bandenmaat, minimaal maatje 195/65 en met de 16-duims velgen van onze testwagen zelfs 205/55, zorgt voor snedige stuurreacties. Het weggedrag van de nieuweling blijft merkelijk lang neutraal en kiest pas op de limiet voor een gestadig opbouwend onderstuur. Als je alle beginnersfouten op een rij afwerkt (zoals halverwege de bocht plots op de rem gaan staan), flirt de Mégane even met overstuur maar weerstaat de verleiding.
De variabele bekrachtigingsgraad van het stuurtje is zo gekozen dat de bediening steeds gemakkelijk blijft zonder dat er sprake is van overbekrachtiging of een vaag stuurgevoel. Net als bij de Laguna II heeft Renault het kleine broertje uitgerust met een waarlijk schandalig paar remmen. Die vertalen de instructie van de chauffeur in een vertraging die we in deze klasse zelden eerder hebben kunnen aanschouwen. Voor de korte afstelling van het rempedaal en de gretigheid van de reactie hou je best even rekening met een gewenningsperiode. Als het rempedaal met een hoge snelheid diep wordt ingedrukt dan herkent het ABS-systeem een paniekreactie en levert de noodremhulp de maximale remkracht tot de bestuurder de rempedaal loslaat of de wagen stilstaat. Ongetwijfeld een nuttig systeem want met de performante reminstallatie van deze wagen sta je nog sneller stil dan je had kunnen denken en worden kostbare meters gewonnen. Toch zijn we er niet echt gerust inij De remweg is immers zo kort dat we ons niet kunnen voorstellen dat achteropkomend verkeer -indien aanwezig- nog de kans krijgt om te reageren. Tenzij dat ook een Mégane is natuurlijk. Als je herhaaldelijk hard remt of de noodremhulp activeert is een perfect aanvaardbare graad van fading merkbaar.