Met het uiterlijk van de Accord gaat Honda resoluut de sportieve toer op, en de break heeft dat misschien nog een tikkeltje meer dan berline. De voorzijde wordt gedomineerd door twee langgerekte scherp afgelijnde lichtunits, voorzien van helder afdekglas en meerdere ronde optieken, en een met chroom omrand schildvormig radiatorrooster. Onder de voorbumper zitten twee ovalen mistlampen aan weerszijden van een eveneens ruim bemeten luchtinlaatopening. De Type S is steeds voorzien van een behoorlijk agressieve bodykit die bestaat uit een voorspoiler, zijschorten en een aangepaste achterbumper. Aan de zijkanten is het voornamelijk de uitzonderlijk hoog geplaatste oplopende gordellijn die in het oog springt. De daklijn en de achterpartij zijn in tegenstelling tot het gros van de Europese concurrenten conventioneel gevormd voor een maximale binnenruimte. De schuin aflopende achterpartij van ‘Lifestyle-breaks’ als de Mercedes C-Klasse vreet immers aan de laadmogelijkheden en dat was een offer dat Honda niet wilde brengen. Toch, vinden we, zijn de ontwerpers erin geslaagd dat utilitaire gegeven te verdoezelen. De achterpartij oogt nog steeds uitgesproken dynamisch, niet in het minst door de dakspoiler, de brede lichtunits, de uitgekiende plaatsing van de twee korte dakrails en de twee uitlaatpijpjes.
Deze nieuwe Accord is gevoelig groter dan zijn voorganger, met een lengte van 4,75m, een breedte van 1,76m en een hoogte van 1,47m. Dat resulteert ook in een ruimer interieur ook al wijzigde de wielbasis niet. Met naar hedendaagse Europese normen kleine wieltjes en grote overhangen ziet de Accord Tourer er dan toch relatief zwaar uit. De koets, waarvan de afwerking niet zo zeer foutjes dan wel slordigheden vertoonde, is wel behoorlijk aërodynamisch. De Cx-waarde bedraagt 0,32.