De koets is logischerwijs gebaseerd op die van de CLK coupé, met de relatief lage voorzijde, hoge koffer en dynamisch getekende flank ertussen. Een klassiek Mercedes-design in die zin dat het model de karakteristieke elementen als het radiatorrooster, de versmolten ovalen koplampen en de achterlichten heeft. Wie overigens geen verschil ziet tussen deze vernieuwde versie en die van voor de opfrisbeurt kan gerust zijn; Mercedes heeft het uiterlijk niet eens aangepast. Enkel onderhuids en aan de binnenzijde werd gewerkt.

Specifiek voor de Coupé is de dikke C-stijl en het ontbreken van een B-stijl. Elementen die ervoor zorgen dat het ontwerp van de Cabrio dat van de Coupé dicht kan benaderen. Mercedes is er dan ook in geslaagd de vorm van de stoffen kap nagenoeg perfect de bolling van de originele daklijn te laten volgen. De aërodynamische waarden van het model zijn mede daardoor uitstekend; een Cx van 0,30 moet een record zijn. Omdat de glazen achterruit niet meer in de stof zit ingewerkt, maar eerder een aan de koffer aansluitend paneel is geworden, is de afwerking ervan een pak beter en kon het glasoppervlak vergroot worden. Uiteraard verhindert de C-stijl het zicht schuin achteruit, maar amper meer dan bij de coupé en dat is een prestatie.

De lengte bedraagt 4,64m, met een breedte van 1,74m en een hoogte van 1,40m. De wielbasis bedraagt 2,71m, wat dus ruimte laat voor een forse overhang achteraan. De afwerking van onze testwagen was volstrekt foutloos.