De E-Klasse Break wordt aangeboden als 200 Kompressor, 240, 320, 500 en 55 AMG bij de benzinemotoren, overeenkomstig een cilinderinhoud en vermogen van 1,8l en 163pk, 2,6l en 177pk, 3,2l en 224pk, 5,0l en 306pk en 5,5l en 476pk. Het prijskaartje varieert van € 40.172 voor de 200 Kompressor tot € 97.163 voor de AMG-uitvoering. Dieselen kan met de 220 CDI met een inhoud van 2,1l en een vermogen van 150pk, 270 CDI met een inhoud van 2,7l en 177pk en een 3,2l grote en 204pk sterke 320 CDI. Op het basisprijskaartje van de reeks, en meteen ook dat van onze testwagen, staat € 41.140. De duurste diesel wisselt voor € 49.368 van eigenaar. Onze testwagen was nog voorzien van € 13.839 aan opties, waaronder de uitvoering Elegance, metaalkleur, Duo leder blauw pacifique, parkeerhulp, Comand-systeem met navigatie en DVD-speler, een wegklapbare trekhaak, aluminium velgen en een benzinetank met een inhoud van 80l. Het totale prijskaartje bedraagt daardoor € 54.979.
Mercedes E 220 CDI Break Inleiding
Al generaties lang bouwt Mercedes breakversies op basis van de berlines in de hogere middenklasse. De E-Klasse heeft die klasse inmiddels ingeruild voor een wat hoger segment, maar de break is er nog steeds. De nieuwe berline werd in 2002 voorgesteld en de break is een jaartje later. Geen slechte timing van Mercedes want de functionele variant van de 5-Reeks laat nog even op zich wachten en bij die andere Duitse luxeconstructeur, Audi, begint de A6 het moeilijk te krijgen om zijn leeftijd te verbergen. Verder is de concurrentie in deze klasse wat dunnetjes. De Japanners en de Fransen houden zich zonder uitzondering buiten de strijd. Alleen enkele zweden, Saab met de 9-5 en de Volvo met de uitstekende V70, vormen een alternatief.