Volkswagen claimt dat de Golf nog nooit zo veel evolueerde als bij de introductie van deze generatie. Een uitspraak die je niet geneigd bent te geloven als je het model aan de buitenzijde bekijkt. De evolutie is voorzichtig, op z’n zachtst gezegd. Met een lengte van 4,20m, een breedte van 1,75m en een hoogte van 1,48 werd het model weliswaar 5,7cm langer, 2,4cm breder en 3,9cm hoger dan het vorige model, maar het straalt er niet vanaf. Integendeel, afgezien van het verschil in afmetingen lijken de uiterlijke aanpassingen faceliftmateriaal. In profiel heb je meer dan alleen maar een oogopslag nodig om deze versie te onderscheiden van de vorige versie. Vooraan zorgt een front met een andere voorbumper, nieuwe lichtblokken en V-vormige plooilijnen in de motorkap voor een gewijzigde, maar nog steeds herkenbare uitstraling. Op de flank ontstaat een extra plooilijn onder de gordellijn die tot doel heeft de achterste wielkasten meer te accentueren en het geheel op die manier een meer dynamische uitstraling te geven. Het meest markante aan de achterpartij zijn de lichtunits met ronde optieken achter een helder afdekglas. Een gladder uitzicht wordt verkregen door onder meer het handvat voor de kofferklep weg te werken. Om dat te bedienen moet je, zoals bij wel meer merken tegenwoordig, het logo kantelen.
De Golf scoorde altijd al goed als het op de afwerkingskwaliteit van het exterieur aankwam. Dat is nog steeds zo. De koetswerknaden zijn uiterst fijn, gelijklopend en alle panelen sluiten goed aan. Uitstekend, maar bij de concurrentie wordt al jaren getracht om de kloof te dichten, waardoor de voorsprong van VW op z’n minst geslonken is. Een originaliteitsprijs krijgt het model niet.