Het front wordt gedomineerd door grote als ogen opgevatte koplampen met helder afdekglas, een groot radiatorrooster in een omgekeerde trapeziumvorm Őmet chroom omrand en voorzien van een uit de kluiten gewassen Seat-logo- en een bijna agressief gelijnde bumper. Die bestaat uit drie grote luchthappers met honingraatstructuur, waarvan de middelste wat meer naar voren werd geplaatst. De motorkap vormt een enkele lijn van A-stijl naar A-stijl. Die stijlen herbergen overigens ook de ruitenwissers en dat is een originele vondst. De achterpartij is eerder minimalistisch, met kleine hoge achterlichten met originele ronde optieken en een minimum aan plooilijnen. Stijlkenmerken die nog niet eerder zijn toegepast op een monovolume en die van de Altea, meer dan de foto’s doen vermoeden, een uitgesproken originele en aantrekkelijke wagen maken.
Seat Altea eerste test Exterieur
De Altea werd 4,28m lang, 1,53m breed en 1,56m hoog. Dat is 10cm langer, 2,6cm breder en 13cm hoger dan een Leon, maar nog steeds 36cm korter, 4,2cm smaller en 19cm lager dan de Alhambra. De vormgeving wordt door Seat bestempeld als een revolutie en is van de hand van Walter Da Silva. De vorm is gebaseerd op de Salsa concept car die in 2000 werd voorgesteld, maar bevat ook elementen van de kleine open concept, Tango. Het ontwerp is opgebouwd rond een reeks vloeiende lijnen en wat men bij Seat veelvuldig de ‘Dynamic Line’ noemt. Dat is de lijn die op de flank ter hoogte van de voorste wielbogen ontstaat en over de beide portieren naar beneden toe afbuigt. Samen met de strakke vlakken, vloeiende daklijn en hoge gordellijn geeft die het profiel een sportieve uitstraling.