Er zijn geen ingrijpende wijzigingen doorgevoerd aan het ontwerp, maar met de aanpassing van de traditionele facelift-items heeft Rover er toch voor gezorgd dat het model weer een tijdje meekan én -dat was tenminste de bedoeling- dat het exterieur nu ook een iets minder traditioneel doelpubliek kan aanspreken. De ontwerpers zorgden voor een nieuwe geïntegreerde grille, een nieuwe voorbumper met lager geplaatste luchtopeningen en een nieuw ontwerp voor de koplampen met standaard halogeen projectorlampen. Ook de knipperlichten vooraan en op de zijkanten zijn nieuw. Achteraan merken we ook de nieuwe bumper op, terwijl een kunststof element de kofferklep van de break een modernere lijn geeft. Rover nam zelfs de badges onder handen, met een ander logo en Rover-schild, maar het merk zet ook een schildje met Engelse vlag op de beide D-stijlen. Iets waar alleen de Britten mee weg kunnen komen (stel je eens voor dat de Duitsers dat doen). Om de opsomming af te ronden vermelden we nog de introductie van nieuwe lakkleuren.
Afwerking was niet meteen een sterk punt van de Britten en dat is het nog steeds niet. Fouten hebben we niet gevonden, maar het geheel moet nog fijner en strakker geassembleerd worden als het de vergelijking met de concurrentie wil doorstaan.