Al bij al valt de Multipla behoorlijk dynamisch te sturen. Een voordeel van het koetswerkconcept. Het stuurgevoel quoteren we nog net als voldoende, maar de kabelbediende vijfbak had een stuk nauwkeuriger mogen schakelen. De remmen, met schijven vooraan en trommels achteraan, zijn voldoende performant voor wie er een rustige rijstijl op nahoudt. Als de Multipla de zweep gegeven wordt zijn ze wel het eerste onderdeel dat het laat afweten. Een groot frontaal oppervlak betekent dat er veel lucht moet verplaatst worden en dat weegt op het verbruik. Het opgegeven gemiddelde van 6,4l/100km (gemengde cyclus) lijkt ons te scherp voor de gemiddelde gebruiker, maar een liter of 7 moet haalbaar zijn. Ons testverbruik bedroeg 7,9l/100km.
Fiat Multipla 1.9JTD Rijgedrag
De 1910cc viercilinder-in-lijn common-rail turbodiesel dwars voorin de 1.370kg zware Multipla levert bij 4.000t/min 115pk en 203Nm bij een zeer bruikbare 1.500t/min. Daarmee is het model een aangename reisgezel. Toch is de wagen nauwelijks sneller dan de 103pk en 145Nm sterke benzinevariant. De topsnelheid van 173km/u is 3 eenheden hoger dan de bij 1.6. De acceleratie naar 100km/u kan in een redelijke 12,2sec, maar de benzine heeft er ook slechts 12,6 tellen voor nodig. Vermoedelijk heeft één en ander te maken met de 70kg die de diesel méér op de weegschaal zet en met de lange overbrengingsverhoudingen van de bak. De ophanging bestaat uit een onafhankelijk McPherson-systeem vooraan met onderliggende dwarse schommelarmen die op een hulponderstel gemonteerd zijn. Ook de achterophanging is onafhankelijk, met getrokken armen, en maakt gebruik van een hulponderstel. Met uitzondering van een slechte filtering van kleine opeenvolgende oneffenheden, is het rijgedrag bijzonder homogeen en comfortabel. De koets vertoont geen enkele neiging tot pompen en slikt het vaak slechte Belgische wegdek zonder morren én zonder veel van de textuur aan de bestuurder door te geven. De forse breedte zorgt er wel voor dat het model, ondanks een stabilisatorstang voor- en achteraan, gaat hellen in de bochten. Storend wordt dat echter nooit.