Met de 997 lanceerde Porsche deze zomer de nieuwe versie van een icoon uit het automobiellandschap. De 997 (die net zo eenvoudig luistert naar de namen 911 of Carrera) werd immers al in 1963, toen nog als 901, voorgesteld. In een geschiedenis die te lang en te kleurrijk is om in een eenvoudige inleiding te vatten loopt de lijn rechtstreeks door naar de nieuwste generatie. Die bevat dus, geëvolueerd en niettemin duidelijk herkenbaar, het originele DNA en dat is in tijden van snelle technologische evolutie uitzonderlijk. Op een paar drastische, maar noodzakelijke stappen na -zoals de overstap van een luchtgekoelde naar een watergekoelde krachtbron- opteert de sportwagenconstructeur voor een geleidelijke evolutie. Een doorgedreven perfectionering van het ontwerp. De vervanging van het 996-gamma gebeurt zoals steeds gefaseerd, maar de 997 is er van meet af aan als Carrera (3,6l Ő 325pk) en Carrera S (3,8l Ő 355pk). Het is voor het eerst sinds 1977 dat Porsche van een nieuw model meteen twee motorversies lanceert.
De nieuwe 997 is te koop vanaf € 79.497, wat in de catalogus overeenstemt met de aanduiding C2 Coupé. De C2 “S” Coupé, zoals op onze testbank, wisselt van eigenaar voor ten minste € 89.903. Volgens Duitse traditie kan je het model met een lange en prijzige optielijst aan je smaak aanpassen. In het geval van onze testwagen levert dat een prijskaartje op van € 115.748,60. De voornaamste (lees: duurste) opties zijn daarbij een zwart lederen interieur (€ 2.904), de Tiptronic S versnellingsbak (€ 3.073,40), Porsche Ceramic Composite Brakes (€ 8.385,30), elektrisch open dak (€ 1.355,20), Navigatiemodule (€ 1.984,40), Bose Audiosysteem (€ 1.210) en aanpasbare sportzetels (€ 2.637,80).