Het zitmeubilair oogt bijna bevreemdend in een Duitse auto. De vormgeving is verre van Duits-strak; wie opteert voor een lederen interieur krijgt zelfs ronduit Italiaans ogend zitmeubilair, en de zit is aan de zachte kant. Best comfortabel, en dankzij prettig geprofileerde zijkussens efficiënt genoeg in de bochten, maar tijdens lange ritten bleek de onderrug wat meer steun te verdragen. De conclusie achteraan is grotendeels gelijklopend. Het plaatsaanbod is steeds meer dan toerijkend en dat geldt ook van de uitrusting, met onder meer standaard airco. Barstjes vertoont het VW-bastion der degelijkheid, want beide testexemplaren vertoonden afwerkingsfoutjes ter hoogte van de sierlijst. We gaan ervan uit dat VW dat nog rechtzet.
De eerder krappe wielbasis, waarvan de oorzaak te vinden is bij het aangepast Golf-platform, heeft tot gevolg dat het passagierscompartiment achteraan minder goed van rijgeluiden geïsoleerd is, simpelweg omdat de achterbank dichter bij het wiel zit. Diezelfde opstelling zorgt anderzijds wél weer voor een grote en functionele kofferruimte. Die groeide met niet minder dan 90l ten opzichte van z’n voorganger en slikt voortaan 565l. Wie wil doorladen kan dat dankzij de asymmetrisch neerklapbare achterbank. De verkregen laadvloer is evenwel nog steeds niet vlak.