Omdat de lengte van de motorkap eerder bescheiden is, pakt de Pathfinder uit met een gezonde interieurmaat. Dat was nodig als je tussen de achterste wielkasten ruimte (vooral ter hoogte van voeten en benen) wil hebben voor een derde zitrij. Dat plaatsaanbod is voortreffelijk. Over de toegankelijkheid hadden we hetzelfde willen zeggen, gezien de lage zitvlakhoogte van de zetels. Maar de treeplanken strooien roet in het eten. Ze zijn te prominent aanwezig om als een te sierelement beschouwd te worden (en te breed om te negeren bij het in- of uitstappen), maar als je ervan gebruik maakt moet je je weer bukken om in te stappen. Het toegankelijkheid voelt dus onnatuurlijk aan. Enkel wanneer je via de verschuifbare tweede zitrij naar de extra zitplaatsen achteraan wil doorklimmen ben je blij dat ze er zitten. Het is niet onze enige bekommernis bij het interieur. We willen nog een boompje opzetten over de gebruikte dashboardmaterialen en de wat eigenaardige kleurkeuze, maar de aandacht wordt afgeleid door de atypische zithouding. Door de hoge bodemvrijheid en de lage dakhoogte is het interieur minder hoog dan bij een doorsnee off-roader. Het gevoel dat ons aan de Mitsubishi Pajero Sport -nog zo’n ‘terreinbreak’- doet denken. Het comfort van die rijhouding zijn we niettemin genegen en met een betrekkelijk heldere ergonomie en een goede instelbaarheid van de zetels kunnen we daar moeilijk minpunten bij verzinnen.
De zetels zelf zijn een ander paar mouwen. Wellicht is het de focus op de Amerikaanse markt die ons belabberd steunend meubilair oplevert. De onderrug mist een comfortabele welving en de zijkussens doen geen moeite om je in je zetel te houden. Vervelend in wat sneller genomen bochten, quasi onoverkomelijk als je je op veeleisend terrein in het gladde leder wil verankeren. Het interieur komt daarenboven wat besloten over. De verticale voorruit zit vlakbij en het glasoppervlak is klein. Het doet ons zelfs wat aan de Hummer H3 denken. Stoer, maar omwille van een beperkte zichtbaarheid niet echt handig bij manoeuvres, al brengt de achteruitrijcamera daar soelaas.
Praktisch is de Pathfinder wel. De kofferklep opent conventioneel en biedt toegang tot een mooi afgewerkte rechthoekige (en dus handige) bagageruimte. Met alle zitplaatsen in gebruik bedraagt die slechts 190l. Dat loopt op tot 515l wanneer de derde zetelrij neergeklapt is en 2.091l maximaal. Nissan becijferde 64 mogelijke zit- en laadconfiguratiemogelijkheden. Een neerklapbare passagierszetel vooraan maakt het zelfs mogelijk om voorwerpen van 2,80m te vervoeren.