De Subaru Impreza heeft na twee omstreden pogingen eindelijk een neus gekregen waar het publiek zich mee lijkt te verzoenen. De wijzigingen die niet met het blote oog waargenomen kunnen worden zijn nochtans van groter belang: de motoren werden grondig gereviseerd. Tot de komst van een nieuwe 1.6l in de loop van dit jaar is de 2.0R (vanaf € 22.245) de naam instapper onwaardig. De motor heeft immers 160 paarden op stal en is de voornaamste verkoopstroef van de Impreza. De acceleraties zijn fluks en in combinatie met een efficiënte ophanging, het bij de boxermotor horende lage zwaartepunt en de permanente vierwielaandrijving maakt het de Impreza een plezier om te rijden.
Het interieur is fantasieloos en de uitrustingsmogelijkheden zijn eerder schaars, maar over de kwaliteit en de heldere ergonomie kunnen we geen kwaad woord verzinnen. De kofferklep moet nog met de sleutel (of via een klepje aan de bestuurderzetel) geopend worden, en dat is niet meer van deze tijd. Een grote structurele stevigheid moet de hiaten in de veiligheidsuitrusting dichten, maar daar werd wel een neerklapbare achterbank voor geofferd.