Grote coupé’s zijn een traditie van decennia bij Peugeot. Een geschiedenis overigens die de autofiel steeds elegante, prettig rijdende machines opleverde, eerder dan zuivere sportbolides. Toch heeft deze 407 Coupé, afgeleid van de berline die met de dezelfde cijfertjes getypeerd wordt, wat meer last van profileringsdrang. Hij moet dan ook de alom bewierookte 406 Coupé doen vergeten en -bovenal- de tevreden eigenaars ervan kunnen aanporren tot een nieuwe aankoop.

Sinds de vorige generatie nestelt zich ook een dieselkrachtbron tussen de voorwielen van Peugeot’s grootste tweedeurs. Bij de nieuweling is dat de 204pk sterke 2.7l V6; een ontwikkeling van Ford en PSA. Maar die kost -rijkelijk aangekleed, dat wel- minstens € 40.300. Dat is net zo veel als een vergelijkbare 3.0 V6 benzine met automaat (de handgeschakelde variant kost € 38.800). We opteerden voor deze test echter voor de 2.2l viercilinder. Een motor die het moet stellen met 163pk, maar in de testuitvoering al voor € 29.900 op uw naam te schrijven valt. Voor die prijs moet je het stellen met een stofje voor de interieuraankleding. Maar de basisuitrusting omvat wel steeds Xenon koplampen, parkeersensoren achteraan, Radio-CD, een kleurenscherm voor de boordinformatie, automatische klimaatregeling, 17-duims lichtmetalen velgen en een snelheidregelaar. Dat is aardig, gezien het prijskaartje.