In de overigens perfect steunende bestuurderszetel bekruipt ons het gevoel dat de IS toch een stuk compacter is dan BMW’s 3-Reeks. Dat is eveneens realiteit, hoewel je alvast vooraan over het plaatsaanbod niet kan klagen. Het is de relatief dicht op je neus zittende voorruit die het gevoel benadrukt. Achteraan is het ook allemaal wat krapper, maar het zijn vooral de centimeters die aan de hellende daklijn werden geofferd die steken. En aan de benen loopt het ook niet over... Dan heeft de 4,57m lange, 1,44m hoge en 1,80m brede berline wellicht een grote koffer? Ook niet… Met 378l bengelt Lexus onderaan het segment. Zelfs de toegang is niet ruim. Ondanks de buitenaards grote spiegels, dringt er niet te veel windruis het compartiment binnen. Sterker nog; de IS 250 is geïsoleerd als de beste en laat slechts heel summier decibels insijpelen.
Lexus IS 250 Interieur
L-finesse; dat is de naam die Lexus heeft bedacht voor z’n nieuwe vormtaal waaruit inmiddels ook al de GS en nieuwe LS werden geboren. Een vlag waaronder de autobouwer een doordachte, vloeiende vormgeving verstaat. Fijn, maar niet zonder spanning. In het interieur van deze IS lijkt vooral het deurpaneel, met z’n Z-vormige handgreep een uitstekende leerling. Voor je tekent een duidelijk geprononceerde schaduwkap zich af. Daaronder zeer klassieke wijzerplaten die door de inmiddels reeds voldoende bejubelde optitron-technologie wit verlicht worden. Ondanks L-finesse is ook de middentunnel veel meer ergonomisch evenwichtig dan vernieuwdend. Het met leder beklede stuurwiel heeft een velg die prettig in de hand valt en zorgvuldig gepositioneerde knopjes. Alle bedieningsorganen zijn zeer degelijk, behalve dan die van de verwarming en verluchting van de voorzetels. Dat lijkt een 10 jaar oude stock die Lexus nog moet wegwerken. Een kleine smet op een glanzend blazoen.