s="MsoNormal">Laat ons frank wezen; BMW’s Z4 is aardig als statussymbool, maar in de basisversies eerder beroerd als roadster. Met wat kracht onder de rechtervoet, klimt het model op naar leuk, of zelfs zeer leuk, maar echt wild worden we er niet van. En toen kwam er de Coupé. Een model dat aanvankelijk niet eens op de planning stond. De vorige, de Z3 Coupé, verkocht immers alleen goed op het ogenblik dat de constructeur wereldkundig maakte dat het er omwille van een gebrek aan interesse de brui aan zou geven. Toen zijn talrijke wannabe-verzamelaars nog snel een bestelbon gaan inkleuren. Geen coupé van deze editie dus, al was dat buiten de werkijver van enkele ingenieurs gerekend. Die bedachten in hun vrije tijd immers een dak bij het Bangle-design, wat in de smaak viel bij de directie en het publiek ét voilà; opnieuw is er een Z4 Coupé.
De Coupé is er op dit ogenblik als 3.0si, 265pk met een handbak of automaat, en als 343pk sterke M. De eerste staat in de catalogus vanaf € 41.200, terwijl een vergelijkbare open versie minstens € 43.200 kost. De automaat klimt voor € 2.250 mee aan boord. De M is er vanaf 59.300. Bij het grasduinen in de optielijst zoals steeds je budget in de gaten houden. Op ons testexemplaar bijvoorbeeld nemen de opties € 10.650 voor hun rekening.