Porsche breidt het 997-gamma sinds de lancering in 2004 gestaag uit. De nieuwste telg is deze Targa; een model dat de sensatie van open rijden moet bieden zonder de inherente nadelen van een echte Cabrio -met name een hoger gewicht en lagere koetswerkstijfheid. Het traditionele T-dak is sinds de 996 vervangen door een glazen dakpaneel dat onder de achterruit wegschuift. Met als grootste voordeel dat de dakbogen ononderbroken doorlopen. Een element dat Porsche accentueert met een brede sierstrip. Het concept heeft nog pluspunten, want de openklapbare achterruit tovert de onbruikbare achterste zitplaatsen van de Targa om tot een praktische kofferruimte. Maar het is niet al goud dat blinkt; het dak produceert ook parasietgeluiden -een gebrek dat in de 996 nog erger was- en dat is niet acceptabel in een auto die minstens € 97.042 (Targa 4) kost.
De Targa 4S op onze testbank (vanaf € 107.811) staat met 355pk en 400Nm net boven de 325pk en 370Nm sterke Targa 4, maar is in z'n handgeschakelde versie absoluut de betere keuze. Niet om z'n sprinttijd van 4,9 tellen, of topsnelheid van 285km/u, maar om z'n schitterend en typische motorgeluid (terug van weggeweest) en z'n bijzonder goede rijeigenschappen. Dat de Targa enkel als vierwielaandrijver te krijgen is, is objectief een de beste keuze. Het weggedrag is immers bijzonder stabiel, gebalanceerd en de tractie is hemeltergend goed. Maar de 911-liefhebber in ons rouwt om het verlies van de wispelturigheid die de tweewielaangedreven versies (enkel nog als Coupé en Cabrio verkrijgbaar) nog wel etaleren. De Tiptronic-automaat is in eender welke versie af te raden. De handgeroerde bak schakelt vlijmscherp en de automatische gangwissel is nu toch echt verouderd. O ja... tot spijt van wie het benijdt; de 997 verkoopt als zoete broodjes. Hij is dus wellicht de minst exclusieve sportwagen uit het segment. Daartegenover zet hij een ongekende bruikbaarheid (je kan hem probleemloos als kilometervreter inschakelen bijvoorbeeld) en de wetenschap dat -populair of niet- niets met de 911 vergelijkbaar is.
De Targa 4S op onze testbank (vanaf € 107.811) staat met 355pk en 400Nm net boven de 325pk en 370Nm sterke Targa 4, maar is in z'n handgeschakelde versie absoluut de betere keuze. Niet om z'n sprinttijd van 4,9 tellen, of topsnelheid van 285km/u, maar om z'n schitterend en typische motorgeluid (terug van weggeweest) en z'n bijzonder goede rijeigenschappen. Dat de Targa enkel als vierwielaandrijver te krijgen is, is objectief een de beste keuze. Het weggedrag is immers bijzonder stabiel, gebalanceerd en de tractie is hemeltergend goed. Maar de 911-liefhebber in ons rouwt om het verlies van de wispelturigheid die de tweewielaangedreven versies (enkel nog als Coupé en Cabrio verkrijgbaar) nog wel etaleren. De Tiptronic-automaat is in eender welke versie af te raden. De handgeroerde bak schakelt vlijmscherp en de automatische gangwissel is nu toch echt verouderd. O ja... tot spijt van wie het benijdt; de 997 verkoopt als zoete broodjes. Hij is dus wellicht de minst exclusieve sportwagen uit het segment. Daartegenover zet hij een ongekende bruikbaarheid (je kan hem probleemloos als kilometervreter inschakelen bijvoorbeeld) en de wetenschap dat -populair of niet- niets met de 911 vergelijkbaar is.