De Defender heeft zich van meet af aan een no-nonsense attitude aangemeten. En die wordt door Land Rover gerespecteerd. Ook de laatste evolutie is wars van prullen en uiterlijk vertoon. Een kenner kan de laatste generatie onderscheiden door de bult op de motorkap en de verder vooruit geschoven grille. Dat eerste was noodzakelijk om de bij Ford betrokken viercilinder turbodiesel onder de kap te passen. De aangepaste grille biedt ruimte voor een krachtiger airco. En omdat de verluchtingsinstallatie een met de helft toegenomen debiet heeft, verdwijnen ook de luchtdoorstroomkleppen net onder de voorruit, tot grote spijt van heel wat Defender-liefhebbers.
De ingrepen hebben geen noemenswaardige invloed gehad op de terreineigenschappen van de Defender. De zijdelingse hellingshoek is nog steeds 30° en de hellingshoek blijft onveranderd op 45° al zijn we daar tijdens onze testen nog een eind over geweest. De aanloophoek bedraagt haast 50°, de afrijhoek geeft daar weinig op toe en de overrijhoek is net geen 150°. De Defender z'n hoekige koetswerk laat zich bijzonder goed inschatten. Een pluspunt dat de toch wel erg grote draaicirkel van het model (minimaal 11,7m) gedeeltelijk opheft.