Stadsautootjes hebben het de jongste tijd moeilijk. Het aanbod verschraalt. Bij Volkswagen, Skoda, Seat, Nissan, Peugeot en Citroën verdwijnen ze. Renault wil liever geen nieuwe Twingo meer. De Fiat 500 en Panda zijn intussen ‘op leeftijd’. De reden? Wijs maar met de vinger naar Europa. Dat maakt kleine auto’s immers moeilijk realiseerbaar door de normen voor veiligheid en uitstoot alsmaar verder aan te scherpen. Deze Toyota Aygo X wil weerwerk bieden en toch nog in het vijvertje (van ruwweg 4% van de Europese autoverkoop) gaan hengelen.
Eén motor voor nieuwe Toyota Aygo X
De in Zaventem gevestigde Europese hoofdzetel van de Japanse motorgigant nam het voortouw in de ontwikkeling van de nieuwe Aygo X, die nu zonder broertjes met Frans paspoort (de Peugeot 108 en Citroën C1) op de markt komt. Er zijn verschillende uitrustingsversies, afhankelijk van hoe ‘lifestyle-georiënteerd’ de klant is, maar op technisch vlak zijn we snel uitgepraat. Elke exemplaar krijgt een bescheiden 1-liter driecilinder onder de kap. Vanaf 15.840 euro in combinatie met een handgeschakelde vijfbak. Een CVT-automaat is ook leverbaar vanaf 18.230 euro (steeds meer uitrusting). Scherp geprijsd, maar die term is relatief. Een facelift van de vorige Aygo was in 2012 nog te koop vanaf minder dan 10.000 euro. Op tien jaar tijd werd hij ruim de helft duurder. Gelukkig is hij ook groter en beter uitgerust.