Volkswagen voorziet zoals gezegd maximaal drie zetelrijen en zitconfiguratie voor vijf, zes of zelfs zeven inzittenden. Het concept is opgebouwd rond individuele zetels die op rails gemonteerd worden en biedt dan ook een grote flexibiliteit. De individuele stoelen wegen 25% minder dan voorheen (maar ze zijn nog steeds niet echt licht te noemen) en kunnen zowel in de rijrichting als tegenrijrichting geplaatst worden. Het nadeel van al die flexibiliteit is dat het gaat om relatief smalle zetels. Centraal in het interieur kan VW een opbergconsole monteren waarin zelfs klaptafels zijn ondergebracht. Die schuift nu zelfs tot tussen de voorzetels en kan daar dienst doen als middenconsole.
Vanaf de bestuurdersplaats voelt de nieuwe Multivan iets meer aan als een monovolume en iets minder als een conventioneel busje met bedrijfswagenroots. Dat is vooral aan de lagere zithoogte te wijten. De zichtbaarheid rondom is behoorlijk en hoewel je de snuit natuurlijk niet kan zien, kan je dankzij die rechte hoeken wel precies de breedte en achterzijde inschatten. Je voelt aan de relatief horizontale opstelling van het stuur wel dat VW de grenzen van het MQB-platform aftast. Maar de rijhouding is perfect comfortabel en dat geldt eigenlijk ook voor de passagiersplaatsen. Het heeft er tegelijk alle schijn van dat het geluidsniveau aan de binnenkant gevoelig gedaald is.
Door gebruik te maken van de MQB-architectuur kan de Multivan nu ook uitpakken met meer geavanceerde boordelektronica dan tevoren. Er is zelfs een volledig digitaal instrumentarium, voor wie daar belang aan hecht. Het leidt de aandacht af van de materiaalkeuze die ik meteen aanvoer als het belangrijkste minpunt. Harde plastics voeren de boventoon. Sterker nog: er zijn er gewoon teveel. En al helemaal als je ook de aanzienlijke prijs van het model mee in de vergelijking opneemt.