Sloeg het merk aan de buitenzijde de nagel meteen op de kop, dan weekte de binnenkant toch wat meer kritiek los. Niet omwille van z’n rijhouding, plaatsaanbod of bagagecapaciteit. Die werd door iedereen als ruim voldoende of uitstekend weggeschreven en daar hoeven we dus ook geen woorden meer aan vuil te maken. Maar de materiaalkeuze en de boordelektronica, daarover viel wel wat te zeggen. Dat is dan ook waar ditmaal het hards aan gewerkt is. Complimenten zijn er echter vooral voor de normale Stelvio, die maar de helft kost van deze Quadrifoglio en ons daarom wat meer vergevingsgezind stemt. Hoewel de materiaalkeuze flink werd opgewaardeerd en het infotainmentsysteem een flinke sprong maakte (en Apple Carplay zowaar eens foutloos werkte - wat bij vele gesofisticeerde systemen nog niet lukt), blijft er bij mij iets knagen. Het is niet dat ik niet goedvindt wat ik zie, het is dat de Duitsers die het segment van de veel te krachtige SUVs domineren, eenvoudigweg beter doen. Ik vind conventionele wijzerplaten bijvoorbeeld erg charmant en karaktervol (zeker hier, met die diepe kokers), maar een digitale boordplank is nu wel de referentie…
Je voelt je speciaal in deze Alfa
Toch is het overheersende sentiment dat ik graag in de Stelvio zit en dat deze Quadrifoglio met z’n kuipjes, contraststiksel, leder, alcantara en carbon toch weer speciaal aanvoelt. Ik zou zelfs de afwezigheid van bekerhouders (nu opgelost, maar een fel gecontesteerd punt bij de originele Stelvio) door de vingers kunnen zien. Wel te waarderen: de geluidsdemping werd nog verder geoptimaliseerd.