De ID.3 dankt zijn belang voor de toekomst van het merk uit Wolfsburg in de eerste plaats aan het nieuwe modulaire elektrische platform. Tot op heden werden elektrische auto’s van de groep gebaseerd op bestaande modellen. Een eigen platform biedt meer voordelen voor optimalisatie, verfijning en efficiëntie. Wat erbovenop staat en tot welke afmetingen het wordt uitgerokken, is minder van belang. De Duitsers zullen de komende jaren voor verschillende merken tientallen modellen uitbrengen op basis van deze architectuur.
Apart, maar niet té
Stilistisch gezien is de ID.3 een oefening op de slappe koord. Volkswagens horen nu eenmaal niet te opzichtig te zijn. Toch moet een auto als deze ook mensen aantrekken die graag met de neus dicht in het diepe springen. Een beetje apart, moet hij dus òòk zijn. VW speelt in op dat yuppiegehalte met wat oppervlakkige maatregelen zoals witte logo’s, textuur op de C-stijl en veel glanzend zwart plastic (zelfs op de motorkap) dat helaas krasgevoelig en moeilijk behandel- en herstelbaar is.
Zowel op vlak van afmetingen als op vlak van basisarchitectuur is de ID.3 erg normaal te noemen. Het is een hatchback met een voetafdruk van 4,26 bij 1,80m en is hooguit een tikkeltje hoger (1,55m) dan een normale auto. Ook op vlak van belading, doet hij normaal. Hier geen frunk (koffer vooraan). Het laadvolume van 385l is aardig voor een C-segmenter en kan uitgebreid worden tot 1.267l. Een vlakke laadvloer is daarbij niet mogelijk en ook de laaddrempel is niet van de laagste.
Zichtbaarheid rondom
Z’n vorm werd grotendeels door aërodynamica bepaald. De Cw-waarde van 0,26 is dan ook uitstekend. Maar ook dat is een compromis. Terwijl de zichtbaarheid naar voren erg goed is (onder meer dankzij het extra zijruitje voor de spiegellocatie) beknot de dikke C-stijl (daar geen budget voor een ruitje) en de kleine achterruit in combinatie met de aflopende daklijn het zicht naar achteren. We hebben de achteruitrijcamera (niet standaard op dit uitrustingsniveau) gemist…