De kleine 0,9l tweecilinder turbomotor werd in het verleden al vaak bejubeld om z’n vinnigheid en z’n prettige brom, maar nog nooit om z’n zuinige inborst. Op papier doet de 85pk en 145Nm sterke tweecilinder het nochtans aardig. 4,9l of 114g/km. Je mag niet vergeten dat hij de vier wielen kan aandrijven. In de praktijk ligt de verantwoordelijkheid bij de bestuurder. Die mag zich door de aanstekelijk kirrende centrale (die soms klinkt als een brommer) niet lagen opjagen. En je moet de auto in de ecostand laten staan… We presteerden het probleemloos om onder de zes liter te blijven, maar hadden meer plezier toen er 8 liter uit de tank verdween. De standaardinstelling eco is overigens te zoutloos voor snelwegen. Het is gewoon veiliger als je hem dan uitschakelt. Het zou beter zijn mocht het ganse motorvermogen bij plankgas altijd beschikbaar zijn, maar dat mag weer niet van Europa.
Trap het ding zo hard mogelijk op z’n staart en je gaat in 12 seconden naar 100km/u en stoomt door tot de teller bijna 170 aanwijst. Meer dan voldoende om vlot door het verkeer te gaan.
Een functionele 4x4
Ondanks z’n leeftijd voelt het platform nog altijd erg degelijk aan. Er is wat meer bodemvrijheid en de ophanging kan verrassend goed overweg met putten en bulten zonder zweverig of zompig te worden. Efficiënt en niet oncomfortabel. Maar de Panda Cross is niet het soort 4x4 dat gemaakt is voor een hindernissenparcours. Z’n aandrijflijn is bestemd voor ploeterwerk, om tractie te optimaliseren op een vettige, natte of bevroren ondergrond. Daarom rijden ze in de Alpen bij bosjes rond.