Op wat sierelementen en een Puma-animatie in het digitale instrumentarium na, is het dashboard niet van dat van de Fiësta te onderscheiden. Daarmee weet je ook dat al die extra centimeters in de breedte geofferd werden aan bolle flanken, uitgeklopte wielkasten en spatbordverbreders. Binnenin is de Puma eerder smal. De rijhouding is vrij van kritiek. Ditmaal viel ons echter wel op dat de zetels nogal hard waren. Achteraan kan je volwassenen schikken, maar liefst geen drie.
Digitaal instrumentarium
Vanzelfsprekend is het digitale instrumentarium (12,3" groot) configureerbaar, de afleesbaarheid is goed en inmiddels is ook Ford van de wildgroei aan knoppen rond het infotainmentsysteem verlost. Dat is eindelijk behoorlijk gebruiksvriendelijk. Bovendien biedt de geluidsinstallatie voor één keer een klankbeeld dat de letters B&O erop niet beschaamd. Almaar vaker is dat wel het geval omdat de aandacht verschuift van geluidskwaliteit naar snufjes. Hier niet.
Handig, die koffer
Helemaal achteraan zit de koffer. Die is veel groter dan je zou verwachten. Dat komt omdat Ford in de vloer een waterdichte bak (met een afvoerklepje, als je het nodig zou hebben) van 80L steekt. Een reservewiel kan je dan wel vergeten, maar het laadvolume zwelt erdoor aan tot 476l. ‘Ongeëvenaard’ noemt Ford dat (te) enthousiast. Andere merken gebruiken ook trucs om een grotere koffer aan te kunnen bieden. De Renault Captur kan dankzij een verschuifbare achterbank bijvoorbeeld uitpakken met meer dan 500l.