Het dieselaanbod in dit immer nog aanwassende segment stabiliseerde zich inmiddels. Zo’n 35% van de klanten tikt een motor op zware brandstof aan. Het is dus niet meer dan logisch dat we hier met een benzine aantreden. Een 1.4 met 140pk en 242Nm die uit het centrum van Kia’s aanbod komt. Een motor die op papier best pittig kan zijn (een acceleratietijd naar 100km/u in 9,4 seconden), maar daarvoor flink moet worden opgejaagd. Een soepele rijstijl ligt hem beter, met een regime dat vanaf 1.500t/min profiteert van het maximale koppel en dat combineert met een discrete klank. Hij is vlot door banen en baantjes te loodsen. Dat hij niet obees is - hij weegt net geen 1,3 ton - helpt erbij. Op papier komt deze veertienhonderd toe met 6,2l/100km. Het testverbruik lag twee liter hoger, wat gezien de omloop (met weinig gelegenheid om aan een constante snelheid te rijden) voor de hand lag.
Prettiger dan een gewone Ceed?
Kia had zich er vanaf kunnen maken met minimale aanpassingen aan het onderstel. De ophanging opkrikken en klaar. Dat deed het niet. De ingenieurs profiteerden er meteen van om het veergedrag te verfijnen. De extra centimeters worden aan het werk gezet en op de achteras verschijnt zelfs een massademper. Deze XCeed rijdt daardoor erg verfijnd zonder te steriel te worden. We durven zelfs zeggen dat de XCeed z’n conceptuele handicap (het zwaartepunt ligt nu eenmaal hoger dan bij een hatchback) overstijgt en misschien wel prettiger rijdt dan een gewone Ceed. Z’n biotoop is, voor alle duidelijkheid, het asfalt. Vierwielaandrijving komt er in dit subsegment niet aan te pas.