Elegantie en sportiviteit. Twee termen die in de autowereld niet altijd even makkelijk te rijmen zijn. Volkswagen deed een eerste poging met de Passat CC in 2008 - omgedoopt tot CC bij een facelift in 2012. Maar die kan onvoldoende mensen overtuigen. Nu doet VW het nog eens over met de Arteon. Een gelijkaardig, zij het bijgetimmerd, concept waarmee de Duitsers in één slag twee vliegen hopen te slaan. Hij komt in het gamma ter vervanging van twee modellen. Enerzijds de CC die reeds aan bod kwam, en anderzijds de Phaeton, die te groot, luxueus en duur bleek voor Volkswagen-rijders in het Westelijke halfrond.

Motorenaanbod

De Arteon is leverbaar met drie benzinemotoren. Een 1.5 TSI met 150pk en twee varianten van de 2.0 TSI: 190 of 280pk sterk. Er zijn ook net zoveel diesels. Altijd een 2.0 TDI. Vermogens: 150, 190 of 240pk. De uitrusting is opgedeeld in drie lijnen: Arteon, Elegance en R-Line. Allen hebben ze LED-koplampen, een rijstrookassistent, een automatisch remsysteem en lichtmetalen velgen. De Elegance legt de nadruk, zoals zijn naam doet vermoeden op comfort en discretie, terwijl de R-Line sportiever voor de dag komt.

Prijzen

De Arteon 2.0 TDI 150 is de goedkoopste uit het aanbod. Die heb je vanaf € 40.470. Aan de tegenovergestelde zijde vinden we de R-Line TDI 240. Die kost € 52.160. Al de rest zit er tussenin. Voor je met de opties begint weliswaar. De extra’s stuwen de prijs van onze tester - de TSI 280 (net als de krachtigste diesel altijd met vierwielaandrijving) immers naar € 65.900. Je moet zaken als een nappalederen interieur, head-up-display, alle rijhulpmiddelen, elektrische massagezetels en een panoramisch glasdak met de vinger wijzen.