BMW staat ook op repeat aan de binnenkant. Ook hier wordt verder gebouwd op de lijn die door z’n voorganger werd uitgezet. Niet in vorm of ergonomie valt het nieuws te rapen. Wel in de snufjes. Gebarenherkenning voor het infotainmentsysteem bijvoorbeeld (een afrader), touch-screen (veel intuïtiever), een 70% groter kleuren head-up-display (handig), een snelheidsregelaar die ook al de volgende snelheidsbeperking weergeeft en desgewenst overneemt (nog niet op punt maar noodzakelijk voor de zelfrijdende auto’s van morgen), dat soort dingen. En een knoert van een sleutel met een scherm (nutteloos).
Herkenbaar deuntje
Op vlak van zitcomfort mochten de standaardzetels wat beter. Comfort- of sportmeubilair wordt zo een nuttige optie. Ruimte is er voor- en achteraan in overvloed. Dat mag je in een koets van ei zo na 5 meter natuurlijk ook verwachten. Als je het zou nameten is alles een paar millimeter ruimer dan voorheen. En het is ook een decibel stiller, want er werd aan de geluidsisolatie gewerkt.
Ondanks de nagenoeg identieke afmetingen, wist BMW meer kofferruimte te creëren, al gaat het ook hier niet om grote verschuivingen. Onder het afdekscherm past nu 570l. Voorheen was dat 560l. Bank plat en dat wordt 1.700l. De achterbank gaat in drie delen liggen (40:20:40) en doet dat met een druk op de knop. Een elektrisch bediende achterklep is nu standaard en je kan voor kleine vrachtjes nog steeds de achterruit apart openen. Net zo belangrijk: er mag nu meer gewicht in de Fünfer. 720kg zowaar, wat 120kg meer is dan voorheen. De structuur is immers net zo stijf als voorheen, maar BMW wist er door onder meer van beter staal gebruik te maken toch 100kg op te besparen. Die krijg je hier terug.