Toyota blijft voor z’n hybride-aandrijflijn gebruik maken van een relatief grote benzinemotor (in casu een 2,5l viercilinder) met een atkinson-verbrandingscyclus. Samen met nikkel-metaalhydridebatterijen heeft die in elk geval het nadeel behoorlijk zwaar te zijn. De Hybrid weegt minstens 150kg meer dan de diesel. Iets wat de aandrijving en ophanging erg goed kunnen maskeren, want een sprinttijd van 8,5 tellen is meer dan voldoende vlot. Daarvoor krijgt de benzinemotor overigens de hulp van de elektromotor. Samen goed voor 197pk, maar de Japanners willen nog steeds niet kwijt wat de maximale trekkracht is. ‘Te moeilijk om uit te rekenen’ klinkt het. Gelukkig is dat onzin, want je wil toch geen auto van een bedrijf dat niet eens weet hoeveel Newtonmeters z’n aandrijflijn opwekt?
Rustig aan
Ondanks de flukse prestaties leent de RAV4 Hybrid zich het best tot een gezapige rijstijl. Dan valt z’n duidelijk onderstuurde karakter en z’n gebrek aan stuurgevoel het minste op en profiteer je het meeste van de verbeterde geluidsisolatie (er zit 3kg extra dempend materiaal in) en de lineaire trekkracht van de aandrijfcombinatie. Stamp je deze SUV op z’n staart, dan krijg je toch weer het typische gehuil van een aandrijflijn die eerst in de toeren klimt en dan via z’n variabele overbrenging de auto meesleurt. Efficiënt, maar ook onnatuurlijk. Zes voorgeprogrammeerde versnellingsbakverhoudingen (nieuw) kunnen daar slechts ten dele aan verhelpen.
Op papier haalt de RAV4 een verbruiksgemiddelde van 4,9l/100km, maar dat zet je best meteen uit je hoofd. We haalden bij deze eerste kennismaking een laagste verbruiksgemiddelde van 6,5l/100km in goede omstandigheden.