Over het interieur hebben we op het eerste zicht meer te mekkeren dan over de buitenzijde. En dat heeft heel wat met vormgeving te maken. De blokkerige vorm van de schaduwkap over de conventionele ronde wijzerplaten lusten we niet. En het in twee delen gesplitste dashboard evenmin. De bovenzijde oogt het best, maar ook daar laat de afwerking en materiaalkeuze van de bedieningselementen te wensen over. En eronder zitten zelfs gewoon rechthoekige schakelaars. Als je dat vergelijkt met de fijne knopjes en toetsjes van sommige concurrenten… En hetzelfde geldt voor de boordelectronica, die op grafisch vlak wat achterop lijkt te hinken. Terwijl je vooraan nog je focus kan leggen op het fraaie met leder beklede dashboardelement, moeten we stellen dat het achteraan een wat triestige plastic bedoening is.
Ruim interieur
Gelukkig zijn er ook heel wat goede kenmerken. De belangrijkste van allemaal: de RAV4 is ruim. Erg ruim zelfs, als het op de achterbank aankomt. De zetels zijn comfortabel en steunen goed en de afleesbaarheid van de instrumenten is voorbeeldig.
De koffer is een ander pijnpunt. Niet dat je met 501l laadcapaciteit niets kan aanvangen. Integendeel. Maar het is wel 46l minder dan in de niet-hybride modellen. Verschil dat te wijten is aan de inbouw van de batterij onder de achterbank. Dat zorgt er ook voor dat de achterbank minder goed neerklapbaar is en zoals je uit de foto’s kan afleiden levert dat je een verre van vlakke achterbank op. Je gebruikt het zelden, maar hou het niettemin toch maar in je achterhoofd.