De tweeliter TDI viercilinder dieselmotor is een oude bekende. Hij wekt hier 190pk en 400Nm op, maar de VW-Group heeft toepassingen tot wel 240pk. Een dapper blok dus, dat zich hier bewijst. Niet alleen met slechts 3,8l/100km gemiddeld verbruik (5,5 tijdens de test), maar ook met een sprinttijd van 7,7 seconden. De officiële topsnelheid bedraagt 210km/u. De reden dat we dat zo omschrijven is omdat tijdens onze tests de A4 ook boven dat cijfer rustig door bleef stomen. Daar mag je zelf een conclusie uit trekken.

Ophangingscomfort

Audi heeft zo maar eventjes 4 verschillende onderstellen bedacht voor de A4 met voorwielaandrijving. Het gaat telkens om een normale uitgave en een sport-versie, in een conventionele opstelling of met gestuurde dempers. Hier gingen we op pad met het adaptief gedempte sportchassis. Dat doet z’n werk uitstekend en eigenlijk met verrassend zachte hand. Tenminste, als je er in je instellingen voor kiest. En het is nooit abnormaal stug. Goed werk dus.

Door het platform te behouden, blijft ook de positie van de motor in de neus ongewijzigd: voor de vooras. Bij exterieur beloofden we al dat onderwerp hier weer op te pikken. Die positie zorgt immers voor een van nature onderstuurd weggedrag (de auto schuift over de voorwielen naar de buitenkant van de bocht) dat haaks staat op alerte stuurreacties. Ook deze nieuwe A4 is dus tussen zijn concurrenten nog steeds het minst dynamische broertje. Met grote achterstand zelfs. Een zaak waar we niet zo zwaar aan zouden tillen - rechtuitstabiliteit en voorspelbaarheid zijn immers ook lovenswaardige eigenschappen - als Audi de woorden sportief en dynamisch niet steeds in z’n communicatie zou gebruiken. We willen dan meer substanz en niet alleen bla bla.

Het elektrisch bekrachtigde stuur is nochtans behoorlijk. Duidelijk beter dan gemiddeld, met een lineaire reactie rond de rechtuitstand en een centreerfunctie die beter is dan wat de heren van Mercedes en BMW in hun rechtstreekse concurrenten voor mekaar kregen.