Smart. Moederhuis Mercedes houdt eraan vast ondanks erg wisselend succes. Maar het gaat ervan uit dat de wereld almaar meer ‘smart’ wordt. Dat de wereld geen keuze heeft omdat er almaar meer mensen en auto’s zijn die almaar minder plaats in beslag mogen nemen. En het kan nu, na twee productgeneraties, profiteren van een meevaller - de alliantie met Renault drukt de ontwikkelingskosten gevoelig. Want de Forfour en de Twingo zijn op interieur en wat uiterlijke kenmerken na gewoon identiek. De ingekorte versie met twee deuren - Fortwo dus - voeren de Fransen echter niet. Die kan je alleen bij Smart krijgen. En toeval of niet - het kleintje verkoopt (voorlopig) beter dan de vierdeurs.
Was het vroeger beter?
Goedkoop is een Smart nooit geweest. En wat erger was - hij bleek voor zo’n klein autootje ook nog eens duur in onderhoud. Maar je had dan wel de keuze uit kleine bezine- of dieselmotoren. En een automaat was er ook steeds. Alhoewel, ‘automaat’ is misschien wat overdreven. Het was een gerobotiseerde bak, die dus schokte tussen verzetten. Samen met de kirrende turbo had het wel iets. Maar die turbo is gegaan en in de jongste iteratie van het product moest je zelf schakelen. Tot nu. En ditmaal heeft de automaat een dubbele koppeling. Vaarwel knikkende kopjes dus. Hij kost € 1.450 meer dan de versie met handeschakelde vijfbak in het geval van de Forfour. Maar bij het kleine Smartje is de meerprijs beperkt tot € 1.300. Nochtans is de transmissie identiek. Kort door de bocht wil het in elk geval zeggen dat je voor net geen € 14.682 een Forfour kan hebben die het schakelen van je overneemt. Niet goedkoop, niet om van achterover te vallen. Maar het blijft wel een klein autootje. Wil je dat uitdossen zoals ons testexemplaar met 90pk in plaats van 71pk, dan ben je gauw € 20.000 kwijt.