Zoals gezegd, de dieselmotor levert 185pk en 400Nm. Dat is, om er de cijfertjes door te draaien, voldoende voor een sprinttijd van 8,1 seconden en een top van 217km/u. De benzine met 250pk heeft slechts 6,5 tellen nodig en heeft ook nog een wat langere adem. Maar die is vooral tijdens tussensprintjes minder explosief. Daar kan de ST diesel immers profiteren van z’n hoge trekkracht. Die moet via de voorwielen naar het asfalt, helaas zonder hulp van een degelijk mechanisch differentieel. En je voelt dat. In feite voel je heel de tijd dat als je er het tempo inhoudt dat de elektronica op één of andere manier de baas probeert te spelen. Dat resulteert in een auto die snel, efficiënt en voorspelbaar is, maar er zijn al veel zwakker gemotoriseerde Focussen de revue gepasseerd, waar meer pret aan te beleven viel. Voor een autobouwer met zo’n uitgebreide know-how in het bouwen van uitstekende rijmachines, hadden we de lat wat hoger gelegd.
Namaakgeluid
Dat die tweeliter diesel niet de meest racewaardige klanken uit z’n uitlaat doet lopen, zag je natuurlijk van ver aankomen. Maar hij klinkt evenmin erg slecht. Sterker nog, de dubbele uitlaat produceert aan de buitenzijde bij tijden een brom waarin een niet mis te verstane basso profondo zit. Zonde dat Ford daar niet wat meer aandacht aan besteedde want het had wat kunnen worden. In de plaats daarvan faked het model via de luidsprekers een geluid dat hij onmogelijk zou kunnen maken. Een trucje waartoe almaar meer autoconstructeurs zich laten verleiden.
Snel en zuinig
Dat de Focus ST met z’n nieuwe dieselmotor snel is, vooral efficiënt is en zonder al teveel frivoliteiten van A naar B wil, weten we nu al. We kunnen er nog aan toevoegen dat dat gebeurt in behoorlijk comfort, zolang de ondergrond voor datzelfde adjectief in aanmerking komt. In andere gevallen toont de ST zich eerder stug. Het stuur voelt tenslotte sportief zwaar aan, maar de bekrachtiging is elektrisch dus het is niet alsof je er het wegdek mee kan lezen. Maar de troefkaart van deze motorversie houden we nog achter hand: op papier verbruikt die immers maar 4,2l/100km. In de praktijk is het weliswaar een paar liter meer. Voor de prestaties die het ding neerzet, blijft het echter een krachttoer. Snufjes als een actief radiatorrooster en een start/stop-systeem maken dat mogelijk.