Het interieur van de 3 lijkt sterk op dat van zijn grote broer met het cijfer 6 op de kofferklep. Het ademt dezelfde sfeer uit, is gezellig en nodigt uit om plaats te nemen in het goed zittende meubilair - met voor de neus van de bestuurder een ouderwetse knoppenpartij, een snelheidsmeter met een rode achtergrond en links een (te) kleine digitale toerenteller. We bemerken wel een matige afwerking wat de overgang tussen de verscheidende kunststofpanelen, zowel wat de overgang van de boordplank naar de deurpanelen, als wat de overgang tussen de verschillende vlakken in het dashboard (verschil in speling) betreft. Sommige materialen verschillen dan ook nog eens onderling en het merendeel oogt 'vettig', een beetje zoals in de typische Japanner uit de jaren '80 of '90.
Evenmin leuk is dat het centraal opgestelde aanraakscherm (neen, het is niet uitneembaar) lang niet altijd op de toppen van onze vingers reageert. Een alleenstaand geval misschien? Gelukkig kan je ook met de iDrive-achtige draaiknop aan de slag om door de - volgens sommigen - iets te ingewikkelde menu's te bladeren. Dat moet je overigens telkens doen bij vertrek om de radio te kunnen bedienen.
Prettig stuurwiel
Aan aparte opbergvakken heeft de Mazda 3 geen gebrek, maar moet wel gezegd dat de uitsparingen in de portieren enkel als 'mini' omschreven kunnen worden. Gelukkig hebben de Japanners wel werk gestoken in het belangrijkste onderdeel aan boord van onze testwagen: het stuurwiel. Dat ligt prettig in de hand, is in aangenaam leder gewikkeld en is - net als de zitjes - ruim verstelbaar. Met de zitpositie zit het in ieder geval snor. Ook is de GPS van de herkenbare soort, laat de ergonomie niet te wensen over en zijn de aanwezige bekerhouders diep genoeg. De ene valt wel iets groter uit dan de andere. Hebben ook voor hun aanwezigheid getekend: 2 USB-poorten, een SD-kaartlezer, een AUX-ingang en een 12V-stekker. En nu op naar de rubriek waarin we de veiligheid onder de loep nemen.