Al na de eerste meters in de Mito 0.9 Twinair stellen we vast dat de kleine krachtbron amper tekenen van leven vertoont met de toerennaald beneden 2.500tr/min. De Italianen schermen wel met het zogeheten DNA-systeem (Dynamic, Natural, All weather) met een dynamische stand waarin de tweepitter zich merkbaar gewilliger opstelt, maar de leegte onderin blijft. Het blok geeft ook de indruk buiten adem te raken boven 4.000tr/min en voelt zich dus op z'n best tussen de aangehaalde toerentallen. Het verschil met de eerste Twinair, die het met slechts 85pk moest zien te rooien, is weliswaar merkbaar in de positieve zin. Het aparte motorgeluid van deze 105pk en 145Nm koppel (bij 2.000tr/min) producerende tweecilinder-met-turbo valt dan weer niet bij eenieder in de smaak wegens te ruw. Naar 100 sprinten neemt ongeveer 12 seconden in beslag.
De Mito is wel gezegend met een redelijk precieze stuurinrichting en een prettig te hanteren versnellingsbak met zes verhoudingen. Ook leert het onderstel ons dat het gemakkelijk 50% meer vermogen kan verdragen. De demping van de ophanging is daarentegen te stug en de grote 18-duimsvelgen beperken het comfortniveau op asfalt van mindere kwaliteit. Op de autosnelweg is er anderzijds geen vuiltje aan de lucht. De lange zesde versnelling moet helpen om de dorst te minderen.
In de praktijk gaat deze Mito Twinair echter de mist in wat het verbruik betreft. Zelfs met een gematigde rijstijl kom je amper beneden 9l/100km uit in de stad en 7l/100km op de autosnelweg. Cijfers die in schril contrast staan met de opgegeven 4,9l/100km (stad) en 3,8l/100km (buiten de stad). Op papier lust de met start/stop uitgeruste Mito 0.9 Twin Air gemiddeld 4,2l/100km, wat neerkomt op een CO2-opgave van 99g/km. De krachtbron voldoet aan de Euro6-norm.