De 308 is terug. Met dezelfde naam, maar volgens een geheel nieuwe filosofie. Less is more en dat merk je vooral aan de binnenzijde. Daar heeft men komaf gemaakt met een - volgens Peugeot - overbodige knoppenmolen, met als resultaat dat je het gros van de functies (instellingen, media, verwarming, navigatie...) via het fors bemeten aanraakscherm moet bedienen. Opvallend is het kleine stuurtje, overgeheveld uit de 208, dat er deels in slaagt de gebrekkige feedback van de elektrische stuurbekrachtiging te doen vergeten. Slechts weinigen doen dat de 308 na.
Achteraan dan is de tweedelig neerklapbare bank eerder krap in vergelijking met die van enkele concurrenten, maar het koffervolume van 420l compenseert. Deze nieuwe generatie is er korter en lager op geworden, terwijl de wielbasis groeide. Er werd van PSA's nieuwe LMP2-platform gebruik gemaakt, dat nog andere modellen binnen de groep van een basis voorziet. De Fransen verkozen een eenvoudige opstelling van de wielophanging, maar heeft het concept wel helemaal onder de knie. Het rijgedrag is er dan ook naar: de 308 is comfortabel en schuwt bochtenwerk niet.
Tussen de voorwielen van onze testwagen schuilt een aan een manuele vijfbak gekoppelde en 92pk opwekkende 1.6 HDi waarvan de geluidstrillingen het interieur amper binnendringen. De centrale presteert ook behoorlijk, met een sprinttijd van 11,3 seconden tot honderd en een top van 183km/u. Gekoppeld aan een gemiddelde van 3,6l/100km en 95g/km op respectievelijk de verbruiks- en CO2-schaal, is deze leeuw duidelijk tembaar.