Na zowel de 316d en de 320d in breakvorm te hebben voorgereden, zijn deze keer de 318d en 320d Touring Efficient Dynamics aan de beurt. Beide zijn gegeerd op de fleetmarkt vanwege de gunstige verbruiks- en uitstootcijfers en dragen dezelfde motor in zich als het eerstgenoemde duo. Een tweeliter turbodiesel dus, die in geval van de 318d 143, en bij de 320d ED 163pk naar de achteras stuurt. Desondanks het extra vermogen presenteert de ED zich als de minst dorstige van heel de bende, met op papier 4,3l/100km (112g/km CO2), tegenover 4,5l/100km en 119g/km CO2 voor de 318d Touring (en 316d T). De Efficiënt Dynamics kost overigens exact evenveel als de 320d Touring zonder meer (vanaf € 36.550), en € 3.500 meer dan de 318d Touring.
Wie een Touring kiest doet dat natuurlijk niet zomaar. In ruil voor de opleg krijg je een groter koffervolume ter beschikking (495l tot 1.500l met de achterbank neer) en kan je dus meer meesleuren op de jaarlijkse autovakantie. De laadruimte kan optioneel worden opgewaardeerd met een aanpasbaar bevestigingssysteem. Aan de binnenzijde noteren we uiteraard geen verrassingen meer. Leder is een optie en we raden met klem de duurdere soort aan, zeker voor het stuurwiel. Hoewel de afwerking over het algemeen op punt staat, zijn er toch nog enkele (plastic) missers terug te vinden. Zoals de goedkoop aandoende hendels van de zetelverstelling bijvoorbeeld.
Als het op rij-eigenschappen aankomt, zijn de praktische varianten van de 318d en 320d Efficient Dynamics aan elkaar gewaagd. In beide gevallen missen we finesse in het blok en voelt de koets log en zwaar aan in moeizaam verkeer. Ook verbruiken ze in de praktijk zo goed als evenveel. In hun sas verkeren ze op de autosnelweg, waar deze heren zich wel opperbest voelen. De besturing is dan ook zwaarder, al blijft een degelijke communicatie tussen mens en machine achterwege. De mooiste jaren zijn duidelijk voorbij.
De 320d ED zit met z'n 20 extra paarden haast een seconde sneller aan 100km/u dan de 318d, maar veel voordelen haal je er niet uit. Of toch niet voldoende om ‘de beleving' te verbeteren. Kosten afwegen is dus de boodschap. En als we dan toch zouden moeten kiezen, parkeren we liever de minder ruwe 320d zonder toegevoegde marketingterm en met automaat op de oprit. Gelukkig wordt elke 3 wel met een uiterst capabel onderstel geleverd, ongeacht de motorkeuze. Meer beeld van de BMW 3 Touring.
