Het merk met de ster heeft geen moeite gespaard om de nieuwe S-klasse er weer helemaal anders te doen uitzien, en hem ondertussen tsjokvol vooruitstrevende technologie te proppen. Daarmee onderscheidt hij zich uiteraard niet van zijn voorgangers. Wel is hij voor eerst in z'n geschiedenis met een lange wielbasis ontworpen, met het oog op landen als China, Rusland, India en - in mindere mate - de VS. Onze testwagen met korte wielbasis is dus een afgeleide, terwijl dat in het verleden net andersom was.
Het gamma trapt voorlopig af met niet meer dan drie motorversies, telkens beschikbaar in twee wielbases (3.035mm of 3.165mm). In de tabellen staan één diesel, één benzine en één hybride, al is er nog veel meer keuze op komst. We wachten bijvoorbeeld nog op de toetreding van een plug-in-hybride, die volgens de officiële verbruikscyclus amper 75g CO2 per kilometer de atmosfeer in blaast.
Onder de motorkap van de S350 ligt een drieliter zescilinder dieselmotor verscholen, goed voor 258pk en een indrukwekkende 620Nm trekkracht. Op het prijskaartje staat minstens € 80.465. Een toegankelijker geprijsde viercilinder diesel wordt later nog in het aanbod gefietst. De S400 Hybrid heeft ook een zescilinder, op benzine weliswaar, al krijgt die uiteraard hulp van een elektromotor. Een combinatie die 306 + 27pk en 310Nm oplevert voor minimaal € 94.138. En dan is er nog de S500, die pas vanaf € 109.021 van eigenaar wisselt maar met 455pk en 700Nm trekkracht wel veruit de krachtigste is. Tot de S63 AMG er is natuurlijk. Een variant met lange wielbasis kost je overigens ruim € 7.000 extra.