De geblazen twaalfhonderd uit onze testwagen (dezelfde als die uit de eerder uitgeprobeerde VW Golf 1.2 TSI, die de 'F' liet vallen) laat je toe op een normale manier door het dagdagelijkse verkeer te slenteren. Ook bij kleine spurtjes trekt de kleine motor zich behoorlijk uit de slag. Maar wie comfortabel wil hernemen zonder bijna de rode zone te bezoeken is uiteraard wel beter af met een krachtiger exemplaar. Ook is zijn drinkgedrag - Audi claimt een normverbruik van 4,9l/100km - fel onderhevig aan het gewicht van de rechtervoet en de hoge toeren die erbij gepaard gaan. Naar honderd spurten kan overigens in 10,3 tellen, of 0,7 seconde sneller dan de vorige generatie die per kilometer nog eens een bijkomstige 13g CO2 liet ontsnappen. Om de dorst in te perken zorgen een start/stop-systeem, recuperatie van de remenergie door de dynamospanning te verhogen en onder meer een aangepast schakelprogramma in de Efficiency-modus.
Naar zijn achterophanging wordt wel eens als starre as gerefereerd en die opstelling is inferieur aan het multilink-systeem van de duurdere modellen. Vooral op een zenuwslopende ondergrond en bij stevig bochtenwerk zou je een verschil moeten merken. Anderzijds reageert onze testwagen voorspelbaar in zijn gedragingen, mede dankzij steeds inspringende rijhulpsystemen. Weinig verrassingen daar.
De besturing is als gewoonlijk licht en vergt dus weinig menselijke spierkracht. Ook is de A3 niet onverwacht afstandelijk van karakter en ligt de nadruk duidelijk op onderstuur. Schakellepels om de zeventraps S-Tronics-transmissie met dubbele koppeling te bedienen kregen we niet maar daar hadden we ook geen oren naar. In een vorig exemplaar, met een 2.0 TDI op de vooras, beroerden we de flippers ook maar amper. Zelf wisselen kan nog steeds door het pookje aan te tikken. Met de automaat ligt de CO2-uitstoot op papier overigens iets lager dan met de manuele bak (112 tegenover 114g per km).