Nadat Audi zijn A3 in 1996 lanceerde en BMW met de 1 pas in 2004 met een deftig antwoord op de proppen kwam, keek iedereen vol verwachting naar Mercedes. Maar daar bleef het stil, en het was pas eind vorig jaar dat de Ster zichzelf eindelijk met een alternatief in het segment kon introduceren. Al was Mercedes niet van plan om de zaken voorzichtig af te tasten, nee, de benjamin zou meteen mee moeten kunnen met de topspelers. Het resultaat van al die ambitie onderwierpen wij aan een strenge test, in de vorm van de minimum € 25.286 kostende A 180 CDI.
De A laat zich haast tot in het oneindige personaliseren en kan eveneens met een ruim aanbod aan motoren en versnellingsbakken worden besteld. De dieselinstapper die we hier testten is wellicht de minst onderhoudende, want het van Renault overgenomen 1,5 liter grote blok kan ons maar matig bekoren. Naast de ronduit makke hernemingen, de zwakke honderdspurt die 11,3 seconden in beslag neemt en het rauwe geluid stelt vooral het reële verbruik teleur. Mercedes belooft 3,8l/100km (98gr CO2/km), wij hielden het op 5,6l/100km. Het onderstel laat echter duidelijk merken dat het de veel krachtigere versies die in de cataloog staan de baas kan, en valt alvast in deze configuratie nooit door de mand.
Mercedes zwaait fier met termen als uitzonderlijke wendbaarheid en levendigheid, bovengemiddeld comfort en luxe. En verkondigt bovendien dat al die karaktertrekken onverminderd op haar nieuwe A van toepassing zijn. Het model werd volledig vanaf een wit blad ontworpen en heeft totaal geen band met zijn voorganger, maar daarentegen kan je duidelijk het verwantschap met de nieuwe B ontwaren in zowel in- als exterieur. Wat logisch is, want ook het onderstel wordt door beide in gewijzigde vorm gedeeld. Uiterlijk koos Mercedes ervoor de nieuwe huisstijl zoveel mogelijk vanuit een dynamische invalshoek te interpreteren, waardoor de A er behoorlijk gretig en appetijtelijk bijstaat.
Grote verantwoordelijken voor deze geslaagde oefening zijn de verschillende krachtlijnen in de flanken, de afwisselend bolle en holle oppervlakken en de agressief getekende lichtblokken. Binnenin werd minder afgeweken van het interieur van de B, wat wil zeggen dat zaken zoals het vrijstaande scherm, de forse ventilatiemonden en de tweedelige opdeling van de boordplank werden hernomen. We vonden het interieur van de B geslaagd en die mening blijft overeind, al zijn ook enkele zwakkere punten onvermijdelijk mee overgesprongen. Zo vinden we het ontbreken van een aanraakgevoelig scherm een gemiste kans en zijn we geen fan van de wat banale wijzerwinkel. Om toch maar op iets te kunnen vitten. Iets wat we niet kunnen op het veiligheidsaanbod, want dat is zowel in de standaarduitrusting als in de gigantische optielijst bijzonder groot.