In een ongezien tempo trok VW het afgelopen jaar het aanzicht van haar hele vloot glad, opdat ze allemaal netjes in regel zouden zijn met de nieuwe designtaal zoals die werd uitgestippeld door Walter Da Silva. Ook de CC ontsnapte niet aan deze grote opfrissingsoperatie en speelde en passant ook nog eens het voorvoegsel Passat kwijt. Onderhuids is de CC weliswaar nog steeds innig verwant met zijn meer doordeweekse broer; uitwendig wordt het verschil weer wat groter. En best geslaagd mogen we zeggen, want de goed gekozen vouwlijnen, de subtiel aangebrachte chromen biesjes en de knappe, herwerkte lichten verlenen de lagere en bredere CC een statige en dynamische pose.
De Comfort Coupé heeft vier deuren en ontleent het tweede stuk van zijn naam dan ook niet aan de strikte definitie, maar eerder aan een interpretatie van het concept. Net zoals een hoop andere merken heeft VW enkele stijltrucjes toegepast die de oorspronkelijk functionele koets wat meer schwung moeten geven, zoals het verder uit elkaar plaatsen van de lichtblokken en het accentueren van de bovenste, frameloze deurlijn die wat boller staat dan het dak. Ofschoon de nadelige gevolgen van die schoonheidsmiddeltjes beperkt blijven, verloopt de instap er wat moeilijker door en slinkt de hoofdruimte achterin. En dat zijn eigenlijk de enige vermeldenswaardige minpunten wat het interieur betreft, want de van de Passat overgenomen, mild opgewaardeerde binnenkant zit als gegoten en sluit perfect aan bij het luxueuzere gevoel dat de buitenkant oproept. Ook wat de ergonomie betreft zijn er - zoals bij zowat alle produkten van VW - haast geen opmerkingen te verzinnen.
Wat het eerste deel van zijn naam betreft ligt de zaak iets minder ingewikkeld. De Duitser trekt zoals beloofd de kaart van het comfort, eigenlijk een volstrekt subjectieve beleving van het rijgedrag die in de hand wordt gewerkt door een bovengemiddelde filtering van externe geluiden. En door een onderstel dat weliswaar een sportieve rijstijl niet uitsluit, maar toch vooral de rit zo aangenaam mogelijk wil maken. Zompig wordt het echter nooit en de limieten, als je beslist die op te zoeken, worden keurig aangekondigd. Kies je voor dynamic drive control dan past de demping zich automatisch (in drie standen) aan en vink je het elektronische sperdifferentieel aan, dan wordt onderstuur tot een minimum beperkt.
De CC staat in de prijslijst vanaf € 34.250. Hiervoor krijg je de 136pk variant van de 2.0 TDI die ook in tal van andere VW modellen zijn diensten bewijst, en ditmaal wordt gekoppeld aan een manuele zesbak. De dieselmotor kan desgewenst ook 177pk leveren en is voor die gelegenheid steeds gepaard aan een DSG automaat, eventueel zelfs met 4motion vierwielaandrijving. Ook de 3.6 FSI V6 benzinemotor kan besteld worden, altijd met DSG-bak en vierwielaandrijving trouwens, voor het bedrag van € 45.530. De enige andere benzinemotor die VW bij ons aanbiedt is de 160pk krachtige 1.4 TFSI, een geblazen blok dat VW altijd aan een zeventraps DSG-bak koppelt en verkoopt voor € 35.850. De interessantste combinatie voor onze markt is echter de BlueTDI motor, een 140pk sterke variant die met een manuele versnellingsbak amper 125g CO2/km uitstoot en met 4,7l/100km genoegen neemt. In combinatie met de DSG6 automaat kost hij € 38.360, wordt die uitstoot 137g/km en stijgt het gemiddelde verbruik naar 5,2l/100km. Die laatste waarde komt warempel zelfs binnen bereik in de praktijk. Een volledig visueel overzicht van de CC serveren we zoals altijd in de fotospecial.