Francorchamps, 1991. Tijdens de 24-urenrace wordt met argusogen toegekeken hoe een pk-zwangere Nissan Skyline GT-R R32 de vloer aanveegt met gevestigde waarden uit eigen continent. De Zexel-bolide met rugnummer 25 rijdt van begin tot finish aan kop en laat daarbij de Porsche 911 Carrera 2, BMW M3 en Audi V8 Quattro ver achter zich. En nog vele anderen in het spoor. In ons landje was de auto allerminst bekend, maar dat is voltooid verleden tijd. En bovendien staat GT-R - nu zonder Skyline - nog steeds synoniem voor betaalbare topprestaties. Als je 'topprestaties' letterlijk neemt en 'betaalbaar' relatief opvat.
We maken kennis met de GT-R Track Pack, die een hogere vraagprijs dan de afhaal-Nissan (€ 92.100) aan enkele snelheidsbevorderende folietjes koppelt. Het komt erop neer dat je het rondje Nordschleife in deze versie nog net dat beetje sneller afwerkt, zonder dat er aan de krachtcentrale is gerommeld. 550pk zal dus moeten volstaan. Zo'n Track Pack-Japanner kost welgeteld € 103.200 en dat is een soldenprijs in het segment. Ook al is hij € 11.100 duurder dan een 'gewone' GT-R. Maar tel daar het Design Pack bij (waarover meer in de volgende rubriek) en de Ultimate Silver-verflaag van onze testwagen en er staat ineens € 120.200 op de voorruit geschreven. Daar heb je al wat voor.