Sicilië, 1923. Eeuwig zilverdrager Ugo Sivocci verschijnt met een dieprode Alfa Romeo RL aan de startmeet van de legendarische Targa Florio, de belangrijkste automobielrace van het moment. Met de wind in de zeilen en een geluksbrenger in de vorm van een klavertje-vier op de flank hoopt Ugo op de overwinning. De goden blijken hem goedgezind.
Het verhaal krijgt een staartje wanneer Sivocci tijdens de Europese Grote Prijs in Monza verongelukt aan boord van een P1-racewagen... zonder beeltenis op het koetswerk. Van dan af aan krijgt het klaverblad een vaste plaats op de meest sportieve Alfa's, een traditie die vandaag nog steeds wordt verdergezet.
Je zou dan kunnen gokken dat onze Sportivo van dienst plaats biedt aan een potige zescilinder, zoals dat bijvorbeeld bij de 156 en 147 met achtervoegsel GTA nog het geval was, maar niets minder waar. De bleke Italiaan moet het rooien met een geblazen 1.742cc viercilinder. Die bewees z'n diensten al in de 159, maar kan hier maximaal 235pk ontwikkelen. Niet toereikend om aan de standaarden van de hondsbrutale en in standaardtrim goedkopere Renault Mégane RS te voldoen. De Giulietta zal het dan maar over een andere boeg moeten gooien. Al is het maar om zijn prijskaartje van € 30.240 te verantwoorden.